Achterhoek Ancestors
Notes
Matches 1,001 to 1,050 of 4,561
# | Notes | Linked to |
---|---|---|
1001 | Antoni is naar zijn grootvader van vaderszijde vernoemd. | Miert, Antoni (I3443)
|
1002 | Antoni is vermoedelijk tussen 1749 en 1755 gestorven. Dan worden twee kleinzoons van hem geboren, kinderen van zijn oudste zoon Wessel. De oudste heette Gerrit Jan, de jongste Antoni. | Meerdink, Anthonie (I175)
|
1003 | Arend is in december 1832 vanuit Boekhold naar Dinxperlo verhuisd en ging hier bij zijn ouders in wonen. Hij ging in 1836 in dienst. Op 28 juni 1843 wordt hij genaturaliseerd tot Nederlander. Hij komt voor in de alfabetische klapper op genaturaliseerde personen in de periode 1815-1848 onder nummer 54. Bron: Jaarboek Centraal Bureau voor Genealogie 1992, p. 232: ARA, Archieven van het Departement van Justitie, inv.nr. 4876b. Stamboeken militairen: inv.nr. 473 fiche 19 (CBG): Stamboeknr. 4639: Arend Kastein, zoon van Gerrit Jan Kastein en Berendina Duenk, geboren te Zuiderwijk (Pruissen) den 1-8-1817, laatst gewoond te Dinxperlo, bij zijne aankomst bij het korps lang 1 ellen 7 palmen 4 duimen - strepen Aangezigt ovaal voorhoofd ordinair Oogen blaauw Neus ordinair Mond idem Kin rond Haar en Wenkbraauwen zwart Merkbare teekenen geene Op den 28ste April 1836, ingedeeld als milicien voor den tijd van vijf jaren, zijnde loteling van de ligting 1836, uit de prov. Gelderland, gemeente Dinxperlo, onder nr. 112, en op dato in ?? gesteld Op den 28 mei 1836, naar aanleid. van art. 171 der wet op de NM dd 8-1-1817 en aansch. van het ?? 26-10-1838 nr. 29? vrijwillig geengageerd als dragonder voor den tijd van zes jaren, met f20,- premie. Den 15 mei 1841 ingevolge de Instructie van het DvO d.d. 18-4-1836 nr. 10 als milicien geroyeerd en thans als vrijwilliger aangemerkt. Afgegaan: Op den 30 juni 1842 met paspoort wegens expiratie van dienst krachtens authorisatie van hetvO gegrond op Z Koningsbesluit dd 21-5-1821 nr. 61 In maart 1856 wordt er te Dinxperlo door Arend een proces verbaal opgemaakt tegen Manes Prinsen wegens diefstal van boonenstaken. Certificaat Nationale Militie: Arend is op trekkingsnummer 112 ingelijfd geworden bij de twaalfde afdeling infanterie en heeft vijf jaar gediend. Hij had een ovaal aangezicht, een gewoon voorhoofd, blauwe ogen, een gewone neus en mond, een ronde kin en zwarte haren en wenkbrauwen. Bij zijn eerste huwelijk staat dat hij ingelijfd is bij het 3e regiment lichte dragonders en zes jaar heeft gediend. Arend Kastein wordt op 27 augustus 1858 lidmaat van de hervormde gemeente te Winterswijk. Hierbij staat aangetekend dat hij op 24 juli 1858 van Dinxperlo was gekomen. Pensioenregister Winterswijk: Met ingang van 1 februari 1882 ging Arend Kastein met pensioen. Zijn pensioen bedroeg f 116,- per jaar op basis van het Burgerlijk Pensioen van voor 1846, en nog eens f 145,- per jaar voor wat hij na 1846 gewerkt had. Bron: Bevolkingsregister Dinxperlo 1830 blad 160, huwelijksbijlagen. | Kastein, Arend (I63)
|
1004 | Arend is na zijn diensttijd rijksveldwachter geworden. Hij begon zijn loopbaan in Dinxperlo, waar hij in 1845 al veldwachter was. Hiervandaan verhuisden ze naar Amsterdam. Dora kreeg heimwee naar de Achterhoek. De voormalige burgemeester van Dinxperlo, Hulsboer, was ondertussen burgemeester van Winterswijk geworden. Deze heeft er voor gezorgd dat Arend naar Winterswijk werd overgeplaatst. In augustus 1858 kwamen ze in Winterswijk wonen. Hier hebben ze de rest van hun leven gewoond. Van de Winterswijkse periode van Arend zijn de weekrapporten van de politie bewaard gebleven. Hier zijn enkele 'boeven' die hij in die tijd gevangen heeft: 21 januari 1859 Gradus Nijenhuis, arbeider in Winterswijk woonachtig den 19 dezer door de Rijksveldwachters Kastein en Meerdink betrapt op diefstal van strooisel Het deswegens opgemaakte proces verbaal aan den ambtenaar van het Openbaar Ministerie bij het kantongerecht ingezonden. Bij vonnis van 25 maart 1859 veroordeeld tot 6 dagen gevangenisstraf en de straf en de kosten ad f3.45/2 den 3 april 1859 Jan Hendrik Weenink, Winkelier in Winterswijk den 3 april door den rijksveldwachter A. Kastein getroffen op het dragen van vuur buitenshuis in een niet overdekte bak het welk bij het 9e lid van art. 80 van het Plaatselijk Policie Reglement is verboden. Het deswegen opgemaakte proces verbaal aan den ambtenaar van het O.M. bij het kantongerecht te Aalten ingezonden. Bij vonnis van den 22 july 1859 veroordeeld ene geldboete van f2,- ende kosten ad f2.28 bij wanbetaling 2 dagen gevangenisstraf. Missive 3 aug. 1859 N. 85 20 mei 1859 Hendrik Jan Andriessen Behanger in Winterswijk den 5 dezer door de Rijksveldwachters Kastein en Meerdink bevonden 2 kippen te hebben loslopen hetgeen bij art. 19 van het plaatselijk policiereglement is verboden. Het deswegens opgemaakte procesverbaal aan den ambtenaar van het O.M. bij het kantongerecht ingezonden. Bij vonnis van den 9 september 1859 veroordeeld tot een geldboete van f2,- en de kosten ad f3,45/2 bij wanbetaling 1 dag gevangenisstraf. Missive d.d. 15 october 1859 n. 122 23 september 1859 Jan Hendrik Hijink, landbouwer in de Buurtschap Dorpboer aan deze gemeente den 24 dezer door den Rijksveldwachter A. Kastein bevonden dat bij het ploegen van een stuk land gelegen aan den weg van hier naar Groenlo met zijn ploeg op den berm van den weg keerde en daardoor dezelve beschadigde. Het deswegens opgemaakte procesverbaal aan den ambtenaar van het O.M. bij het kantongerigt te Aalten ingezonden. Bij vonnis van den 4 november 1859 veroordeeld tot f2,- boete subsidiae? gevangenisstraf van een dag en de kosten ad f2,28. Missive 11 jan. 1860 nr. 2 28 october 1859 Harmen Jan Wormskamp, landbouwer in de buurtschap Meddo aan de gemeente den 29 dezer door den Rijksveldwachter en opziener der Jagt en Visscherij A. Meerdink en den Rijksveldwachter A. Castein beide alhier gestationneerd getroffen op het opnemen van wildstrikken welke hij erkende te hebben gezet. Het deswegens opgemaakte proces verbaal aan den Heer Officier van Justitie bij de Regtbank te Zutphen ingezonden Bij vonnis van den 9 december 1859 veroordeeld tot f30,- boete subudiae? gevangenisstraf van 10 dagen en de kosten ad f4,16. Missive 2 jan. 1860 nr. 2 2 december 1859 Jan Hendrik Boerhof, landbouwer in de Buurtschap Meddo van deze Gemeente den 8 dezer door den Rijksveldwachter en opziener der Jagt en Visscherij A. Meerdink en den Rijksveldwachter A. Kastein betrapt op het zetten van hazestrikken. Het deswegens opgemaakte proces verbaal aan den Heer Officier van Justitie bij de Arrondissementsregtbank te Zutphen ingezonden Bij vonnis van den 10 february 1860 veroordeeld tot eene geldboete van f40,- en de kosten ad f4,16. subudiaere? gevangenisstraf van 14 dagen Missive 24 april 1860 n. 25 Arend wordt van hogerhand nogal in de watten gelegd/ Keer op keer krijgt hij nieuwe onderdelen van zijn uitrusting: 12 februari 1859: Verzoek om Arend Kastein een lederen Tasch uit te reiken. Zutphen, 18 juli 1859: Nieuwe uniformjas en politiemuts voor Arend Kastein Aalten, 23 juli 1859: Boeiketting met sloten voor Arend Kastein Aalten, 3 augustus 1859: Boekje voor Arend Kastein Aalten, 22 september 1859: Jas en politiemuts voor Arend Kastein Zutphen, 8 maart 1860: Lakensche broek vervaardigd voor Arend Kastein en linnen broeken voor alle rijksveldwachters Aalten, 7 april 1860: Vraag of de kraag van de mantel van Arend Kastein vernieuwing behoeft. Aalten, 4 mei 1860: Schoenen en pantalon voor Arend Kastein Aalten, 24 mei 1860: Maatstaat en schoenen terug. Aalten, 21 junu 1860: Schoenen voor Arend Kastein Aalten, 24 juli 1860: Uniformjas en politiemuts voor Arend Kastein Aalten, 16 oktober 1860: Wapens voor Arend Kastein Aalten, 19 oktober 1860: Vraag of de maat van de schoenen van Arend Kastein goed is. Aalten, 26 januari 1861: Vraag of er maatsverandering nodig is van de uniformjas, broek en politiemuts van Arend Kastein. Zutphen, 20 juni 1861: Nieuwe muts en uniformjas vervaardigd voor Arend Kastein. Aalten, 23 september 1861: Verzoek om maatstaat schoenen Arend Kastein in te vullen. Aalten, 6 maart 1862: Zakboekje voor Arend Kastein uitreiken. Bron: Gemeentearchief Winterswijk | Family F16
|
1005 | Arend is overleden in huis nr. 87 te Winterswijk. Hij werkte als landbouwer en was 85 jaar oud. | Kastein, Arend (I63)
|
1006 | Arend schijnt zowel in Süderwick (huwelijksbijlage) als in Dinxperlo gedoopt te zijn. De data komen overeen. | Kastein, Arend (I63)
|
1007 | Arend werkte in 1748 blijkbaar op Bruinink in Dale onder Aalten. Hij bezat minder dan 500 Gln aan kapitaal. | Bengevoort, Arend (I171)
|
1008 | Arent Geling en Enneke Geling, broederskinderen, krijgen dispensatie op 8 april 1734. Bron: Online landdagrecessen 1734, http://www.geldersarchief.nl | Family F2013
|
1009 | Arent Navis werd met Kerstmis 1653 lidmaat te Aalten. Bron: transcriptie lidmatenboek Aalten | Navis, Arent (I28467)
|
1010 | Armgert is geboren op boerderij Lutjenkossink in Henxel. Haar moeder is een Lutjekossinck, en haar vader is bij haar ingetrouwd. Armgert is twee keer getrouwd. De eerste keer trouwt ze met Jacob te Grotenhuis, gedoopt op 1 november 1663 als zoon van Jan. Jacob en Armgert gaan op 12 februari 1693 in ondertrouw. Ze krijgen samen een aantal kinderen. Zie kwartiernr. 670 x 663. Jacob wordt begraven in Winterswijk als Jacob Lutjekossink op 5 november 1711. Drie maanden later hertrouwt ze met Teunis ter Stege. De oudste dochter uit het eerste huwelijk van Armgert, Janna, neemt de boerderij over samen met haar man Jan Planten. In 1748 wonen er: Jan Lutken Kossink 75 j., vrouw Janna 54 j., soon Jan Hindrik 38 j,. vrouw Stijne 41 j., soon Hendrik Jan 6 j., dogter Trijne 4 j., broer Jan 20 j., maagd Enneken 24 j., 2 paarden. Besit 800 Gln, Jan en Janna: krank, desselfs soon Jan Hendrik segt dat nog een Broer heeft. Pro se en naemens sijn olders, Eedt gedaen en 1e Term. bet. etc., Jan Hendrik Lutken Kössink ongetr. Eedt ged. onder de 500 Gln, iets gegeven, mede voor de meit en Broer Jan. Bron: Das Lib.Gifte Henxel 23 | Family F164
|
1011 | Arnt ten Loe Nale oer dochter | ten Loe, Arnt (I31052)
|
1012 | attestatie naar Iselborgh, waar beiden wonen. | Family F7788
|
1013 | b. in Tushuizen onder ons Klokkenslag. | Family F6593
|
1014 | Barendina kan niet schrijven bij het huwelijk van haar zoon. | Leurvink, Barendina (I2911)
|
1015 | Batholt en zijn nakomelingen wonen allen in Zieuwent en wel op d e Dosterhinderk en/of Dosterhuuskes. | te Darsthorst, Bartholdt (I5178)
|
1016 | Beerndeken Weversberg wer in 1769 lidmaat te Aalten. Bron: Lidmatenlijst Aalten | Family F5536
|
1017 | Beerndeken wordt in 1699 lidmaat in Aalten. | te Boske, Beerndeken (I1168)
|
1018 | Begraven als 'Dijrk Roickers'. | Sellekinck, Derrijck (I30777)
|
1019 | Begraven als 'Oude Wendele Wiggers'. | Hornink, Wendele (I527)
|
1020 | Begraven als "Maria Lebbink". | Laarberg, Maria (I33829)
|
1021 | Begraven als een kint van Gt. Jan Weversborg op Goosens. | Weversborg, Derk (I1204)
|
1022 | Begraven als Frederik Golden an de Hutte. | Klanderman, Frederik (I753)
|
1023 | Begraven als Garrit Wassink vrouw. | Merdinck, Alken (I1888)
|
1024 | Begraven als Lijsken ten Dam. | Koopes, Elsken (I615)
|
1025 | Begraven dito. Dubbeltien debet. | Veenhuijs, Trijneken (I3515)
|
1026 | Begraven op Union Cemetery lot 49. Hij was Nederlands Gereformeerd. | Beernink, Hendrik Jan (I7881)
|
1027 | Begraven op Union Cemetery. | Beernink, Hendrik Jan (I7882)
|
1028 | Begraven op Union Cemetery. | Beernink, Jan Willem (I7885)
|
1029 | Begraven op Union Cemetery. | Beernink, Johannes (I7886)
|
1030 | Begraven op Union Cemetery. | Beernink, Willemina (I7889)
|
1031 | Beiden woonden in de Estijser bij hun huwelijk. | Family F7969
|
1032 | Berend en Geertruid hebben op boerderij Woordes in Miste gewoond. Zij zijn er ook gestorven zoals blijkt uit de overlijdenakte van Berend, waarin hij aangeduid wordt als geboren en gewoond hebbende op Woordes in Miste. In het bevolkingsregister van Winterswijk komen zij ook op deze boerderij voor. Berend valt dan in belastingklasse 8. In 1784 komt Berend voor op de lijst van weerbare mannen in Bredevoort. Hij woont dan in de buurtschap Miste. Hun oudste zoon Teunis is waarschijnlijk een paar maand na zijn geboorte overleden. Op 18 februari 1789 wordt er namelijk te Winterswijk een kind van Berend Woordes begraven. 18 mei 1792: Opdragt van een Hhooijmaat gelegen in het Dorpbuurschap van Ww. tussen de hooijlanden aan de ene zijde van Dolman en Kolenberg met aan de andere zijde naast het Kolenburgsveen, agter de hooijlanden van Jan Berent Husink, Garrit Jan Schuurman en Aalbert Wessels gesitueerd door Berend Woordes rn Janna Geertruid Gielink Ehell. aan Bernardus Harmsen en Willemina Vollenhove. Bron: Das aantekeningen volontaire protocollen Bredevoort, Familiegegevens Woordes, Das Lib. Gifte 1748 Miste rot 2, nr. 8a, lijst van weerbare mannen Bredevoort inv.nr. 387 | Family F23
|
1033 | Berend heeft zijn hele leven op boerderij Woordes in Miste gewoond. Op 24 januari 1721 is er een kind begraven. Na de dood van Berend bleef Berentje achter met drie kleine kinderen, en ze was zelf ook pas 34 jaar. Het is dan ook niet verwonderlijk dat ze vijf maanden na de dood van haar man hertrouwt. Op 29 november 1722 gaat ze in ondertrouw met de 27-jarige Jan Schreurs, zoon van Jan Schreurs en Hijndersken van Eerden uit het Woold. Ze blijven op Woordes wonen. Zij krijgen de volgende kinderen: 1. Berentje Schreurs op Woorts, ged. te Winterswijk op 15 december 1723. 2. Willem en Hendrik Woorts, ged. te Winterswijk op 1 september 1726. 3. Jan Hendrik Woordes, ged. te Winterswijk op 9 maart 1729. Bron: Das Lib. Gifte Miste rot 2, nr. 8a | Family F48
|
1034 | Berend Hendrik Geurkink 35 jaar, landbouwer, eheman van Aleida Geertruid Hoytink. Zoon van wijlen Wessel en wijlen Beerndeken Mulders. | Geurkink, Berend Hendrik (I11673)
|
1035 | Berend Jan Woordes heeft zijn hele leven op Woordes in Miste gewoond. Hij nam de boerderij over na de dood van zijn ouders. Zijn kinderen zijn er ook geboren. Op de boerderij woonden verschillende knechts en meiden. Gesiena had haar vader verloren toen ze zes was. Ze heeft geen andere broers of zussen. Uit haar tweede huwelijk met Berend Jan Siebelink had haar moeder wel meer kinderen. Bron: Familieaantekeningen Woordes, Bevolkingsregister Winterswijk | Family F11
|
1036 | Berend Vriesen en Barta Roerdink laaten registreren de huwelijkse voorwaarden 16 Aug. 1808 tussen hunlieden opgerigt en geslooten, 27 Sept. 1808. Het gaat hierbij om het leen een goet Beide Essingen in Aalten, buurtschap Yserlo. Belening 182c. | Vriesen, Baerend (I2214)
|
1037 | Berend was eerst getrouwd met Berendeken Debbijnck, dochter van Tonnis Debbijnck. Ze gingen op 7 juni 1687 te Winterswijk in ondertrouw. Ze kregen een zoon, Theunis Coldenbarg, alias te Warnshuis, die gedoopt werd op 1 februari 1690. Hij overleed op 2 april 1755 en werd twee dagen later te Winterswijk begraven. 22 mei 1705: Verkoop door Berent te Warnshuijs en Berendeken sijn huijsvrouw, aen de Diaconij van Wenterwsick, van seker stuck bouwlandt ongeveer 2 schepel gesaeij, notoirlijck in de Tolkamps maethe in de bourschap Meddehoe, kerspel Wenterswick gelegen, schietende te eindens aan de Vos sijn landt als mede aan het landt de Dijaconije voorn. toestendigh, sijnde het gerechte derde part van de voorschreven Tolkamps maethe en sulx met sijn ap- en dependentien. Bron: Luiting, RAG: RABvt, inv.nr. 435 | Family F663
|
1038 | Berend was weduwnaar van Jenneken te Kleinhesselink toen hij met Stijnken trouwde. Hij was met haar op 16 april 1730 in Dinxperlo in ondertrouw gegaan. | Family F928
|
1039 | Berend Willem Oonk, 2 j., zoon van Jan Berend, klompenmaker op den Pasop, Woold en Harmina Bennink. | Oonk, Berend Willem (I10506)
|
1040 | Berend Willem zat in militaire dienst. Dit is waarschijnlijk de reden waarom hij niet geemigreerd is met de rest van zijn familie. | Coffers, Berend Willem (I6113)
|
1041 | Berend wordt op Pasen 1687 lidmaat te Aalten. | Lomans, Berend (I1307)
|
1042 | Berendina is overleden in huis Heurne 136. Ze was 79 jaar oud. | Leurvink, Barendina (I2911)
|
1043 | Berendina Meerdinkhake werd op 22 december 1797 lidmaat van de Nederduitsch gereformeerde gemeente te Winterswijk. | ten Haken, Berndine (I799)
|
1044 | Berendina werd op 8 juli 1809 lidmaat van de Nederduitsch Gereformeerde Gemeente te Winterswijk. Zij kwam toen uit Aalten. Bron: Lidmatenboek Winterswijk | Tolkamp, Berendina (I7522)
|
1045 | Berent Bruggink woonde ten tijde van de liberale gifte van Dinxperlo in 1748 in het twaalfde rot. Hij was getrouwd met Geertjen Gelkink, 6 kinder daarvan, 3 buijten huijs en 2 boven 16 jaar. Bron: OTGB 91.62 | Family F839
|
1046 | Berent en Berentje woonden op boerderij Tenkkempe in Ratum. In 1748 wonen hier: Berent Kempers 60 j., vrouw 70 j., soon Jan 35 j., vrouw Geertken 35 j., soons Harmen Jan 5 j., Gerrit 2 j., dogter Marija 7 j., 1 paard. Vrouw van Berent: Berndeken, 2 kinderen over de 16 j., waer van een haer eijgen saken doet, eedt gedaen onder 500 Glns en iets gegeven, Jan: 3 kinderen onder de 16 j., eedt gedaen en eerste termijn betaeld. Zoon Jan neemt de boerderij over, samen met zijn vrouw Geertruid Keveskamp. Bron: Das Lib.Gifte Ratum rot 2, nr. 26 | Family F605
|
1047 | Berent en Elsken wonen in 1688 op boerderij Damme in het Woold. Ze moeten 3 gl. 12 st. aan verpondingsbelasting betalen. In 1647 hoorde Damme bij Myerdinck, zo zal Berent er op terecht zijn gekomen. Bron: Das Lib.Gifte Woold rot 3, nr. 18 | Family F213
|
1048 | Berent en Geesken zijn op boerderij te Brincke terechtgekomen door haar eerste man, Hermen ter Haer. Hij was reeds twee keer eerder getrouwd. Het kettinghuwelijk begint op 7 februari 1664, als Hermen ter Haer, zoon van Goosen, in ondertrouw gaat met Lijscken ten Brinck, dochter van Willem ten Brinck. Zo is hij op ten Brincke terechtgekomen. Hij hertrouwt in 1672 met Hindersken Kempel, dochter van Arent. Samen krijgen zij drie zoons en twee dochters, die allen zijn gedoopt als 'te Brincke'. Hermen is blijkbaar na de dood van zijn eerste vrouw op de boerderij blijven wonen. Op 25 augustus 1678, Hermen is dan reeds twee keer weduwnaar, gaat hij in ondertrouw met Geesken Rauwerdink. Niet lang daarna overlijdt hij, waarna Geesken hertrouwt met Berent Stottelers. De laatste schakel van het kettinghuwelijk is het tweede huwelijk van Berent Stottelers. Hij hertrouwt op 15 juli 1693 met Aelken Weevers, dochter van Hermen Weevers. Zij krijgen nog een zoon, Hermen te Brincke, die op 26 mei 1695 te Winterswijk gedoopt wordt. Als doopgetuigen treden op: Willem Pijpers, Hendersken Kressers en Geert Klouwers. 20 juli 1701: Berent Brincke gehuwd met Aeltje schuld aan Scholte Jan Roerdink van 20 gln. op Jan Kockes bereits ge...eert? op het goed Brincke. 19 november 1704: Berent te Brincke heeft een schuld van 95 gl. aan Hendrik Leeftinck. Aan Jenneken Leeftinck x Jan Sluijs 45 gl. en 50 gl. soo Hendrick Leeftinck bij desen aanneemt aan Basten van Eeffinck? etc. Bron: Das aantekeningen volontaire protocollen Bredevoort | Family F357
|
1049 | Berent en Janna zijn met een huwelijksdispensatie getrouwd, omdat dze zuster en broederskinderen waren. Op 29 februari 1736 werd hun de dispensatie door het Hof van Gelderland verleend. Janna werd hier ter Stegge genoemd. | Family F50
|
1050 | Berent en Trijne waren pas drie jaar getrouwd toen zij één dag na de doop van hun jongste kind overleed. In die tijd hebben ze elk jaar een kind gekregen. Precies een jaar later, op 13 oktober 1772, hertrouwt Berent met Harmine Simons. Ook dit huwelijk duurt niet lang, want zij wordt op 27 maart 1779 begraven in Winterswijk. | Family F37
|