Notes |
- Zij waren leenmannen van "Seker kamp bouland, de Bus of Borgerweidenkamp genoemt", onder de havesate Plekkenpoel gelegen. Eerst had Jan deze grond alleen maar in gebruik, en was het een leen van Geesje Schimmelpennink. Op 5 februari 1727 wordt Jan Wamelink met dit goed beleend.
Na zijn dood gaat het conform magescheid van 27 mei 1745 op 28 mei 1746 over aan Harmen Rosen.
In het magescheid staat:
Over de na te latene goederen en tsamenlevinge van Jan Wameling en Geesken ten Gronde, eheluyden, en haren schoonsoon Harmen Rosen, weduwenaer van Janna Willemina Wamelink, gewesene dogter van Jan Wamelink en Geesken ten Gronde voorn., voorts hare broederen, susteren, neven en nigten, als namentlyk Harmen en Willem ten Gronde, Geert Wamelink en Aeltjen ten Drentel, eheluyden, Willem Eppink als vader en voogt van sijn onmundigen soon Arent, bij Aeltjen Wameilnk ehelyk geprocreeert geweest; Geesken, Rosier en Steintjen Eppink, meerderjarige kinderen van Willem Eppink en Aeltjen Wamelink, Styne Eppink,, weduwe van Teunis Wamelink, als moeder en voogdesse van hare vijff onmundige kinderen, by wylen haer eheman ehelyk verwekt, namentlyk Rosier, Gerrit Jan, Aeltjen, Lammert en Geertjen Benssink off Wamelink; Jasparina Schutte als moeder en voogdesse van hare twee onmundige kinderen, by wylen Jan Wamelink ehelyk verwekt, met namen Christina en Catharina, Frerik te Voortwijs, egte soon van wylen Willem te Voortwijs en GEertje Wamelink en Willemken ter Borg, egteluyden, en Jan en Geert Wamelink als mombaren over de nagelatene kinderen van Jan, Teunis en Aeltje Wamelink.
Bron: Sloet: Leenaktenboek Gelre leen 170d par. 2
|