Achterhoek Ancestors
Joost Simmeldinck
Abt 1560 --
Name Joost Simmeldinck Born Abt 1560 - 26 april 1595:
Joost Simmelingh bekant opgenomen te hebben van Gerrit Rabelingh 60 dalers, darvoir er denselbigen in possessie gestalt heeft van enige stucke bouwlandes, genant dat Boeven stucke gelegen inden Simmelings esch, schietende met den einen ende an Scholte Huppels sin landt, met den eine siedt an Simmelings mathe, mit den ander siedt schietende an den Hogen wegh, under furwarden dat Joist Simmelingh dat stucke bouwlandes sal mogen bouwen voir die darde garve, wanneer Joist echter niet bebouwt sal Gerrit Rabelingh datselvige selbst mogen bouwen off bouwen laten. Die ene sal den andere dieloese ein half jaer thovoren mogen verkundigen.
Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 60, fol. 30v
26 april 1595:
Demnach Joist Simmelingh heeft van Gerrit Rabelingh ein schwarte bonte koe gekoft van 15 dalers, Joist heft gelavet, dat hie dieselvige nit verbrengen, versetten ofte verkopen wil, ehr und bevorens Rabelingh den vurs. 15 daler ganslich gecontenteert und befredigt.
11 mei 1595:
Erschenen Joist Simmeldingh und bekant upgenhamen tho hebben van Willem Storms und Truie ehel., die summa van 59 dalers, voir welcke somma hij verkoft heft ein stucke landes genaamd den Pennings brede gelegen inden Huppeler esch bij Scholte van Huppels sin landt, mit den roggengewas, die darup stehet, und die schoppe so up dem guide Simmeldinck steit. Onder voorbehoud dat Joist nu ankomstigen negsten Michaelis de parcelen sal mogen redimieren und quidt kopen met 59 dalers. So averst dat selvige alsdan nit geschehen wurde, sall und mach Wilhem vurs. parcelen ewigh und erflick an sich behalden.
Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 60, fol. 35v en 36r.
7 oktober 1595:
Joist Simmeldingh bekant dat Wilhm Storms hem heeft gegeven die summa van 200 dlr., gelavende gem Wilhelm up Michaelis Ao.96 tho verhantgelden 6 daler und 6 molder roggen. Wanneer Joist Simmeldingh de 200 dalers mit upgelopenen pension niet betaalt, dan is verkoft sijn Joists eijgen thobehoirende khoweide voir den huise gelegen, und ein stucke bouwlandes gnant den Haen acker liggende tusschen den fuirwegh und den huise, schietende mit den eenen siedt an die Beeke.
Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 60, fol. 59v en 60r
4 mei 1596:
Joist Simmelinck, Wendele ehel., bekennen schuldich tho sin aan Dirrick Lebbinck, Wilhelma ehel., die summa van 90 dlr., dairvan hie jarlix sal geven up Meij 5 dlr. Hij stelt tot onderpand alle sin rede und ongerede goeder.
28 november 1596:
Joist Simmelinck, Wendele ehel., bekennen schuldig tho sin Willem Storms, Catrine ehel., die summa van 300 dlr., dewelcke sie gelaeven tho betalen negstkumpstigen Michaelis anno 97. Tot onderpand wordt gesteld den Haverkamp, den Hoenacker den gorden und sine schoppe.
Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 60, fol. 155v
19 januari 1588:
Johan Geessinck, Joest Symmeldinck, Henrick Lamberdinck und Wilhelm Theinck hebben sambt und besonder belaeft gemelten junge Koen tho Poelhuis van voors. summa van derdehalfhundert und eine daler, bei ihren sambthebbende guederen verobligirungh, allerdings schaedloos tho holden, tho entheeven und op negstkoemende Maij idziges 88 jars tho betaelen.
Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 58, fol. 13r
11 maart 1598:
Joist Symmeldinck heft verkoft aan Johan Romps handtschriften und koepcedulen, so cedenten an Johan Syfertt in Caetten uthstaen heft om dieselven mit recht ader freundtschap tho gebruecken.
Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 59, fol. 34r
Gender Male Person ID I5567 Population of Aalten, Bredevoort, Dinxperlo and Winterswijk Last Modified 28 Aug 1997
Father Johan Simmeldinck, b. Abt 1530, d. Aft 1605 (Age ~ 76 years) Mother Stine Kuesinck Married Abt 1551 Notes - 5 maart 1551:
De abdis geeft toestemmiong aan Johan Symeldinck, zoon van Aelbert tou Symeldinck en Wyllem, om op het goed Symeldinck in Meddo tot vrouw te nemen Stine Kuesinck, dochter van Johann to Kuesinck en Anna, Stine mag vrij blijven, amar een van haar kinderen moet horig worden.
Bron: Kwartieren Greidanus-Jaeger in Stamreeksen 60, Arch. Wasserburg Anholt, Arch. Kapittel Stift Vreden, Regestenreeks nr. 19, R 2102
8 juni 1580:
Alitgen Rhoemaeckers, myt genandt Symmeldincks, sprickt an mit recht Johan Simmeldinck als nagelatener soen weilandt Albert Symmeldinck, und sagt dat wilner Herman Symmeldinck in testament ordinirt und utgesatt hebben die overgeeffersche XV hornse gulden en verder twee guede guste runder und enen par guede guste vercken, als ihnen seim broder Albert Symmeldinck voirs. wegen sines vader und moderliche guith noch schuldich weer. Alitgen legt over ein besiegelt schein under der stadt Bocholt sihnen siegell gepassiert, daerinne Stijne (?) ehelick nachgelaten huisfr. opgemelte Herman Symmeldinck solches whaer tho sijn gereichtlich gestendiget. Vort ihre stiff dochter Aliet vorschr. solchs belangendt ihre stifmoder selfs opgedragen und eiwiglick oevergegeven daermit die leste wille ihres z. mans allerdings supplirt und krach erreicht mochte, biddende dat beclagte als erffolger sins vaders die geforderte scholt tho verrichten mit verrichtongh kosten und schaden sall schuldich sein.
Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 56, fol. 47v en 48r
30 september 1601:
Johan approbeert een schuld van zijn zoon Joost Simmeldinck.
Bron: Kwartieren Greidanus-Jaeger in Stamreeksen 60, RABvt 63
14 maart 1605:
Erschenen Johan Simmeldinck, die bekande avergegeven und transportiert te hebben aan seinenn soon Joist Simmeldinck, Wendele ehel., sijn cedentis beide gueder, nembtlick den hoff thoe Simmeldinck, inden kerspel Wenterswick, buerschap Meddehoe, mit einen sijdt an Sewinck, mitten ander sijdt negst Schulten van Huppels guet gelegen, schietende mit einen ende anden Huppeler Esch, und die Helmerdinck cavenstede, in gemelten buerschap gelegen, mit eine sijdt oick an Sewinck, mitten ander sijdt an Asbecks grondt, mit derselver olden und nijen thoebehoeronge und gerechticheiden, uthbescheiden uth den Hoff thoe Simmeldinck den capittel thoe Vreden ihre olde gewontlicke gerechticheit.
Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 67, fol. 31v en 32r
Family ID F1617 Group Sheet | Family Chart
Family Wendele Mirdinck Married Between 1587 and 1588 Notes - 22 juni 1587:
Kraft beiderseidts geferdigtte siegell und brieven in dato 1587 den 11 Januarii is Wendelken Mirdincks, echte dochter z. Egbert Mirdincks und Stinen sein huisfrouwen an der abdijen tott Vreden verwisselt und op Symmeldinck zu Medeho bestaedet worden
Bron: Kwartieren Greidanus-Jaeger in Stamreeksen 60, Hofboek f. 303v
17 maart 1588:
Baette Mirdinck met haar zoon Johan, bekent schuld aan Joest Symmeldinck en Wendele 'wegens oeres bruudschatz' en belooft de helft op Michael 1588, de rest in mei 1589
Bron: Kwartieren Greidanus-Jaeger in Stamreeksen 60, RABvt 58 f 43
11 maart 1589:
Joost Simmeldinck verkoopt een obligatie
Bron: Kwartieren Greidanus-Jaeger in Stamreeksen 60, RABvt 59 f 34
26 april 1595, 30 december 1597: Hij verpandt land in Meddo.
Bron: Kwartieren Greidanus-Jaeger in Stamreeksen 60, RABvt 60 f 30v, los blad bij f 174
20 april en 21 mei 1599:
Zij verpanden zijn huis en hof tho Sijmeldinck en een stuk land in de erve ald.
Bron: Kwartieren Greidanus-Jaeger in Stamreeksen 60, RABvt 61 f 72v, 79
30 september 1601:
Zij bekennen een schuld met goedkeuring van zijn vader Johan Simmeldinck
Bron: Kwartieren Greidanus-Jaeger in Stamreeksen 60, RABvt 63
14 maart 1605:
Hij ontvangt de hof thoe Simmeldinck en de Helmerdinck cavenstede van zijn vader in ruil voor alimentatie en verpandt de beide goederen voor 600 dlrs.
Bron: Kwartieren Greidanus-Jaeger in Stamreeksen 60, RABvt 67 f 31v-32v
23 februari 1608, 23 februari 1611; zij verpanden de Wormenkampswoning, 7 december 1610 ook de halve Penninckbrede in Meddo.
Bron: Kwartieren Greidanus-Jaeger in Stamreeksen 60, RABvt 70 f 22v, 73 f 38v, 72 f 230
29 november 1613:
Joist Simmeldinck, Wendele ehel., bekanden voor ein walbetaelte summa geldes in pandtschap avergelaten und verkoft toe hebben aan Johan Boenck, Jenneken ehel., een stucke bowlandts ongefehr van 3 schepel geseijs, in Simmeldinck, kerspel Wenterswick, buerschap Meddehoe, beneven Simmelts goirden, mitten ander sijdt langs den Hon acker gelegen, mit einer ende anden Hogen wech, mitten andern ende anden Bruggen kolck schietende, mit noottruftich plaggenmat op Simmelts seegt vrede, noch ein stuck groen- und bouwlandts inden Haverkamp, sowijt t'selve afgeteickent, den Kleppers goirden genant. Die loese beidersijdts ein half jair toevoerens toeverkunden voerbeholden, und demnae jairlicx op Martini Episcopi 14 dage voer off nae onverhalt, mitt 220 dll. toe loesen.
Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 75, fol. 269r
26 februari 1614:
Joost Simmeldinck en Wendele ehel., bekennen schuldig te zijn aan Johan Schulte van Stadthagen, Griete ehel., die summa van 250 dall., waarvoor zij aan Johan Schulten en huijsfrouw in pandtschap hebben avergelaten und verkoft ein stuck landes opten Simmeldink esch, mit eenen sijdt anden Huppeler esch, mitter ander sijdt negst and pandtverkoperen lenderie gelegen so wijt hetselve afgemeten, mit einen einde ant goir, mitt anderen einde anden Voerwech schietende, etc. O.a. met conditie dat als pandverkoperen het land bouwen, de pandtkoeperen die derde garve zullen uthnemen. De aflossing dient te geschieden op Paeschen, veertijen daege voor off nae onverhaelt.
Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 387, fol. 13v en 14r
8 november 1614:
Joost Simmeldinck und Wendelen, sijn huijsfrouw, bekennen in pandtschap overgelaten und verkoft toe hebben aen Johan Boenck, Jenneken ehel,m ein stucke bowlandts, opt Bleck genant, ongefehr van 5 schepel daet, opten Simmelts Esch, mit eenen sijdt ande Penninckbree, mitter ander sijdt an andere pandtverkopers lenderie gelegen, mit eenen ende ant Goir mitten anderen einde anden Hogen wech schietende, item een maetken van ongefehr twie fuder hoigewas, 't Winckels Maetken genant, voer opt Simmelts esch, mit eener sijdt an Schulten Morsch gelegen, und ein stuck van twie spint lijnsgeseye inden Simmels goirden, Die loese jaerlicx nae omganck van ses jaeren und eer niet voorbehalden, und demnae jaerlix op Martini mogelijk met 225 dalers.
Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 387, fol. 40 r en v
9 oktober 1617:
Joost Simmeldinck, Wendele ehel., bekennen van onderscheidtlicken hantschriften und verschrijvongen (nl. Maij Anni 1598 ad 57 dll., 21-5-1599 ad 55 dll., 20-12-1608 ad 10 dall.) aan Eliae Rauwert und huijsfr. schuldich te sijn die summa van 122 dall., daertoe nu noch ontfangen thoe hebben 28 dll., dus tesamen 150 dll. Hiervoor hebben comparanten in pandtschap, sampt rostlicken vreedtsamen besit avergelaten und verkoft aan Eliae Rauwer, Aelken sijn huijsfr., twie stucken landes in Simmeldinck, kerspel Wenterswick, buerschap Meddehoe gehorich, als nembtlick die Simmeldinck Hoffstede, achter den Simmeldinck goirden mit eener, und mitter ander sijdt anden Sewinck goirden schietende, oick die seggen ommeger gelegen tot mestone unde te plaggen, item ein stuck, dat Nijelande genant, ongefehr van 5 schepel saet, midden in den esch bij den Krusenboom gelegen, mit einen ende ant Goir, mit den anderen ende anden groenen wech schietende, met conditie dat so lange pandtverkoperen dieselve sullen bouwen, die pantkoeperen die derde garven mitten stroe aftrecken sullen, of sonst pantkoperen dieselve lenderien haerer gevallens selfs gebruijcken off anderen verpachten sullen mogen. Die loese ein vierdell jaers toevorn toeverkunden voorbeholden und demnae mitte summe van 150 dll. toe loesen.
Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 390, fol. 54v en 55r
3 februari 1620:
Joist Simmeldinck, Wendele ehel., bekennen in pandtschap avergelaten und verkoft te hebben aan Aerndt Waliens off Gesinck, Stijne ehel., oere toebehorige cavestede Helmerinck genant, daertoe gehoerende oeren goirden und een kamp geheeten die Braack, inden kerspel Wenterwsick, buerschap Meddehoe gelegen, mit derselven toebehoer, uthgenomen heeren denst und schattong, up Paeschen deses lopenden jaers in te gaen und 25 naest een andere volgende jaeren onlosbaar. Die loese mit het 25ste jaer off daernae een half jaer thoevoren thoeverkunden voorbeholden, und demnae op Paeschen voor een somma van 346 dlr.
(29-5-1647 bekent Jan Simmelt dat hem den pandtschap afgelost und heeft dieselve cavenstede an Willem Heminck den tijt van 6 jaeren weder verpandt).
Bron: Luiting, RAG: RABvt, inv.nr. 393 fol. 3r en v en 4r
Children 1. Jan Simmelt, b. Abt 1600 2. Engelbert Simmeldinck Last Modified 27 Aug 1997 Family ID F1593 Group Sheet | Family Chart
- 26 april 1595:
-
Notes - 7 juni 1610:
Erschenen Joist Simmeldinck, Wendele ehel., die bekanden in pandtschap avergelaten und verkoft toe hebben aan Berndt ten Hoerne, Geesken ehel., einen stick landes, die Halfbraeck genant, in Simmeldinck in kerspel Wenterswick, buerschap Meddehoe gelegen, mit sijnen segtfreden, vorth noottruftich ferner plaggemaat op andern Simmelts segtfrede, twelf jaer lanck onlosbaar. Die loese nae omgangk der 12 jaren, jaerlicks ein vierendeell jairs toevoren toeverkonden vorbeholden, und demnae up Martini, 14 dage daer na onverhaelt mit de somma van 125 dll. te doen.
Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 72, fol. 101v
7 december 1610:
Erschenen Joist Simmeldinck voor sich und als man und momber Wendele sijner huijsfr., die bekande in pantschap avergelaten und verkoft toe hebben aan Johan Heminck off Nijlandt genant, Marien sijner huijsfr., ein stuck landes, die halve Penninckbrede genant, inden kerspel Wenterswick, buerschap Meddehoe, mit einer sijdt an Schulten Penninckbree, mit der ander sijdt negst pandtverkopers andere helft der Penninck breede gelegen, schietende mit einen ende ande Morsches Essen(?), mitten anderen ende an des Hemkers hove?, so Luke Ubbinck hierbevoren in pandschap gehadt. Die loese beijdersijfts ein half jaer toevoren te verkunden voorbeholden und demnae jaerlix op Paeschen 14 dage voer off nae onverhaelt, mit de summa van 75 dll. te doen.
Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 72, fol. 230r en v
23 februari 1611:
Erschenen Joist Simmeldinck voor sich und als man und mombar Wendele sijner huijsfr., die bekande voor een ontfangenesomma in pandschap avergelaten und verkoft toe hebben aan Johan ten Wormbskamp, Griete ehel., die Wormbskamp wohninge, nembtlick huis und goirden, inden kerspel Wenterswick, buerschap Meddehoe, tusschen Simmeldinck, Masterfelt, und Schulten goet gelegen. Die loese beijdersijdts ein vierdell jairs toevoeren toe verkunden, voerbeholden und demnae jairlicks op Martini episcopi, 14 dage daernae onverhalet mit 150 dll. te doen.
Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 73, fol. 38v
24 februari 1612:
Verkoop door Joist Simmeldinck, Wendele ehel., aan Luijke ter Dunnewijck, Berntken ehel., van eenen goirden den Krosen goirden off Boyker hofstede genant, inde buerschap Meddehoe, int velt tusschen de Hobbenacke, 't Weijenbohm und Wormbskamp gelegen, mit sijner uthdrift, toebehoer und gerechticheit.
Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 74, fo. 32v en 33r
31 maart 1612:
Joist Simmeldinck, Wendele ehel., die bekanden rechtensin pandtschap avergelaten und verkoft te hebben aan Henrick Schoppers, Uhlandt ehel., ein stucke bowlandes dat Hoge stucke genant, tusschen den Simmelts Esch und die Hemkers Penninck bree gelegen, mit einen an Schulten van Huppels Maet, mitten anderen ende an Simmelts busch schietende, ongefehr van twie schepel saet, und ein stuck, die Gripacker genant, tusschen Schulten van Huppels landt und Hemkers landt gelegen, mit einen ende an Schulten Maet, d'andere ende an Simmelts busch schietende, ongefehr oick van twie schepel saet, alle in Simmeldinck, inden kerspel Wenterswick, buerschap Meddehoe gehorich. Die loese beijdersijdts ein verendeell jairs thoevoren te verkunden vorbeholden und demnae jaerlicx op Martini 14 dage voor off nae onverhalet mit 70 dll. te doen.
Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 74, fol. 49 v en 50r
27 april 1613:
Joist Simmeldinck, Wendele ehel., bekennen voer ein walbetaelte summa geldes in pandtschap avergelaten und verkoft toe hebben aan Bernde Sewinck, Naelen ehel., een andeell groenlandts, dat Goir und Goirs Meeken genant, tusschen Simmelts Esch und Sewincks busch gelegen. Dieselve der pandtkoeperen gefallens toe genieten und gebruicken. Die loese beidersijdts ein half jair thoevoeren toe denuntijeren voerbeholden, und demnae jaerlicks op Michaƫlis, 14 dage voer off nae onverhaelt mit de summa van 85 dll. toe loesen. Alles bij veronderpandong ihrer pandtverkoperen andere guederen.
Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 75 fol. 131r en v
9 oktober 1613:
Erschenen Joist Simmeldinck, die bekande voor sich und sijn huisfr., schuldich toe sijn aan Willem ter Woert und sijner huisfr. die summa van 32 dll. Hij gelaegde dieselve binnen een maent toe betalen. Bij onderpandongh aller sijner gereden und ongereden goederen.
Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 75, fol. 241r
29 november 1613:
Joist Simmeldinck, Wendele ehel., bekanden voor ein walbetaelte summa geldes in pantschap avergelaten und verkoft thoe hebben aan Johan und Werner ten Slotboom, een stucke bowlandts, het Reeffkempkes stucken genant, inden guede Simmeldinck, kerspel Wenterswick, buerschap Meddehoe, tusschen de Goirs Mathe und den Hogen wech gelegen, ongefehr van twie schepel saet, mitten plaggenmaten opten Heggen. Die loese beijdersijdts ein half jair toevoeren toe verkunden voerbeholden, und demnae jairlicx op Martini Episcopi, 14 dage voer off nae onverhaelt, mit 50 dll. toe loesen.
Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 75, fol. 268v.
- 7 juni 1610: