Notes |
- 15 juli 1624:
Berendeken Hesselings, eheliche dochter Thöben und Naelen Hesselinghs, wordt vrijgelaten uit de horigheid door het stift Vreden. De akte dateert van 1 oktober 1620 maar wordt pas bijna vier jaar later ingeschreven in het Bredevoortse hofboek.
Op diezelfde dag staat bij Thonijs Willinck Berentken sijn huijsvrouw dat zij zich uit haar vrije stand aan het hof Bredevoort hofhorig heeft gegeven. Een onbenoemd kind zal vrij zijn.
Bron: RAG: Nassause domeinen inv.nr. 13C
22 maart 1644:
Erschenen Herman van Vrenegoir, Fije Willinck eheluide, die bekanden voor sich und haren erven voor eene walbetaelte summa geldes rechtes steden ewigen und onwederroeplicken erffkoops avergelaten und verkofft te hebben an Thonis Willinck Berndeken eheluiden, harern respective Swager ende broeder, alle hare prætensie ende vorderinge sie enichsins wegen affgoedinge des Erffs ende goedts Willinck inden Kerspell Wenterschwick Buerschap Raetman gelegen, te prætendieren gehadt, niet daervan int klein off grote uhtgesondert, Deses gecediert ende uhtgegaen. Daerop mit hant halm und monde vertegen, wahrschap verner und beter verschrijvongh und vestnis gelaefft nae Landtrechte, Bij veronderpandongh harer goederen, Sonder exception und argelist.
Bron: RAG: ORA Bredevoort, volontaire protocollen 1644, inv.nr. 414 fol. 17
15 oktober 1657:
Berendt Woestenesch ratificeerde alsodane cessie ende opdracht, als sijn vaeder Tonnis Woestenesch ahn Berentken Hesselinck weduwe van zl. Tonnis Willinck in dato den sevenden julij 1653 wegen een stuck landes opt veldtbraeck, het lutke stuck genaemt gedaen heft, bij verbandt sijner goederen.
Bron: RAG, ORA Bredevoort, inv.nr. 42, fol 53
5 mei 1663:
Berndeken Willinck bekende an haar schoonsoon en dochter Hermen Roerdinck X Stijnken Willinck verkocht te hebben een stuck boulants in Ratum gelegen. Eerstelijk een stuck geheten 't Vossevelt ten tweeden een stuck achter an Willinck Esch so aengegraven is, ten derden een stuck voor an de nieuwe mathe gelegen, ten vierden een stuck an Renskers Camp gelegen.
Bron: ORA Bvt inv.nr. 424 fol. 11, 11v
|