Notes |
- 15 maart 1637:
Erschenen Berndt Wesselinck gewesen bouwman op 't goedt Wesselinck, und bekande rechter wetlicker berekender schuldt schuldich te sijn Gerrit Wesselinck die summa van sestijn dallr. weiniger eenen str., gelaeffde dieselvige aver drie weeken à dato deses gewisslick und onfeilbar te betalen, bij veronderpandongh sijner goederen und peen van reale und parate executie.
Bron: Luiting, RAG: RABvt, inv.nr. 99, fol. 41v
5 mei 1670:
Verkoop door Jan Hoefkes, Dijrck Philips Erpenbeeck, voor haare huysvrouwen de rato cavyrende, an Berndeken ten Roscamp, wed. van zal. Bernt ten Roscamp, van seecker parceel landts onder Hoebinck in Medehoe gelegen, gehoorende op die Hoebinck tussen Gert en Bernt Hoebincks landerijen, metten eenen einde an den esch, metten andern an Hoebinck gaerden schietende, omtrent van sestenhalf spints geseij gelijck vercoepers bij deijlonge met dr. Basten ingegaan, is toegevallen.
Bron: Luiting, RAG, RABvt inv.nr. 472, fol. 35r
6 mei 1675:
Verkoop door Berentjen ten Roskamp ten overstaen van haeren soone Harmen ten Roskamp als haeren erkoornen mombaer, de laatste meede voor sich selven ende voor sijnen broeder Tonnis de rato caverende, aan Jan Sijbinck en sijn huijsfrouw van een seecker stuck boulandt, voor deesen geweesen busland, voor deesen onder 't goet Hoebinck gehoort hebbende ende genaamt den Hoebinck Busche, sijnde het vierdel ende achterste gedeelte, soo ende als het Berent Hoebinck voor deese gebruijckt, met d'eene sijde langs de Beecke schietende, met d'ander sijde nechst Klos(?) grond, metten eenen eijnde an dr.Bastens grondt ende metten anderen eijnde an Camps koeweijde gelegen, neffens den plaggenvree nechst die Beecke op 't velt uijtgesteecken.
Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 476, fol. 54r en v
2 december 1681:
Jan Sijbinck en Jenneken Dulmes ehel., wonende in Meddehoe aen die Camphuijs kempke, bekenden an Abraham Waelien, Stijntjen Wessels ehel., schuldig te zijn, heercomende van seeckere obligatie voor desen in dato den 30-4-1675 an captein Evert Lodewick van Dunnewolt vanden comparanten ggeven, ende op 26 juli naestleeden van die vrouw wed. van Dunnewolt an voorn. eheluijden getransporteert, enden neffens gehaelde waeren, die summa van 50 rijxdlr., gelaevende die selve ad 6 per cento jaerlix op maij te verpensioneeren, verbindende hiervoor comparanten geriede ende ongeriede goederen, in specie haer Buschlandt zijnde t'vierde part van Hoebinck busch van die weduwe Roskamps gekoft.
Bron: Luiting, RAG, RABvt inv.nr. 426, fol. 156v en 157r
|