Notes |
- 30 oktober 1705:
kerckenr.gehouden en is geresolveert dat dom.Schomaker Deefken Wessels gewesene meijt van Henrick Walijen mennonijt, zijnde een Lidmaet van dese gemeente, en bij hem een onecht kind gewonnen, soude ontbieden en de reden af te vragen waerom sij den Christel.doop aen het selve niet liet bedienen. t welcke sijn Eerw. gedaen en daer bij haer met behoorlijcke bestraffingen de begane sonde voorgestelt, en vermaent het onnosele kind den H.doop en alsoo het tekenen van Gods genaden verbond niet te onthouden, doch kreeg tot antwoot, dat wanneer sij t kind liet dopen, besorgt was, dat voorn. Walijen het toegelegte onderhoud soude ..intrecken. En howel d.Schomaker soo te vooren als daernae haer meermalen ernstig vermaenthertelijck bestraft en Gods oordeel (soo se moetwillens dit H.Sacrament versuijmde) voor ogen geselt heeft sijn E daer door neit kunnen winnen, noch vorderen, maer is tot dato deses noch hertneckig in haer voornemen gebleven.
Oock is dit kint Ao.1706 den 20 Junii sonder dat voor de Gemte. ten doope gepresenteert is overleden, hoewel de Predikant d.H.G.Schomaker geen half uur te vooren versoght? wiert t selve in huis te dopen Die antwoorde dat dewijl tot hier toe sij t H.Sacrament versuijmt hadde nu moest wachten tot de Godsdienst, die over omtrent een uur beginnen sou, wanneer sijn E. t selve noch voor de Predicatie soude doope - waer toe de moeder resolveerde, doch liet d.Schomaker omtrent half twee weten dat het kind overleden was.
Bron: Das aantekeningen kerkenraadsnotulen fol. 109 d.d. 30-10-1705
|