Notes |
- 19 januari 1588:
Die junge Koen tho Poelhuis heft bekant opgenomen te hebben van Joist Wemiynck, 445 dall. als hooftsum und bereckende pension, die mherendeell tott rantzionsgelt seins vader angewendt; dartho noch voir empfangene gelt, der bourschap Medeho vertreckt, 222 dall., tezamen soevendehalffhondert doeventien dall. Hij belooft op negstkomende Hymmelfarts dach 1588 tho betalen. Hij verbindt hiervoor sieins erve und guet geheiten Poelhuis inden kerspel Wenterswick, buirschap Medeho gelegen. Junge Koen Poelhuis heft oock gelaeft, dat sein vader Koen tho Poelhuis, tuyschen dit und huiden acht dagen, ingelicken geloften doen soll.
Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 58, fol. 12 v en 13 r
|