Notes |
- 25 maart 1659:
Erschenen Warner Storteler cavierende de rato voor sijn huijsfrouw Griete Naberinck, Ende Geerdt Storteler, cavierende voor sijn huijsfrouw Gerdtken Ubbinck, die bekanden voor sich huijsfrouwen voorss. ende haeren erven, voor eene walbetaelde Summa geldes, rechtes steden, ewigen ende onwederroeplicken erffkoops avergelaeten ende verkofft te hebben ahn haeren Ohme ende Moeder Derck te Bovelt Mette te Bovelt eheluijden ende haeren erven, eene hoeijmaete, gelegen inden Kerspell van Wenterswick, inde Woltbuhrschap int Medenbroeck, gehieten die Broeckmathe, bij die Potter Kempe, voor doorschlechtigh kummerfrij, Deses erfflick gecediert ende uijtgegaen, Daerop mitt hant, halm ende monde vertegen, wahrschap verner ende beter verschrijvongh ende vestniss gelaefft nae Landtrechte, bij veronderpandongh haerer verkoeperen goederen, Sonder exception ende argelist.
Bron: RAG, RABvt inv.nr. 421, fol. 5v-6
Married:
- In 1634 worden ze voor het eerst in het hofboek genoemd. Er achter staat iets als 'solvit iii scriptione 36 str. pro se et uxore', oftewel: Derck heeft het inschrijfgeld betaald voor zichzelf en zijn vrouw. Helaas staat er niet bij wie hun ouders waren.
|