Achterhoek Ancestors
Notes
Matches 951 to 1,000 of 4,561
| # | Notes | Linked to |
|---|---|---|
| 951 | Aan de kinderziekte. | Waliën, Hendrik (I16138)
|
| 952 | aan de Lammersbos in het Woold, geh gew geen kin | Damkot, Henderina (I12940)
|
| 953 | aan een Reijsken ooverleden | van Sontsvelt, Gerhardus (I23281)
|
| 954 | aan een teering | Sluijter, Isack (I23314)
|
| 955 | Aangegeven in Aalten. | du Pre, Johanna Geertruid (I34869)
|
| 956 | Aangetekend staat "Bij Wochtman uitt Corle" | Heijijnck, Elsken (I17449)
|
| 957 | Aangezien Aelbert Maes optreedt als doopgetuige bij de doop van haar dochter, is zij mogelijk zijn dochter. Hij heet ook Albert Garverdinck. | Maes, Willemken (I13969)
|
| 958 | Aangezien haar eerste huwelijk tot nog toe onvindbaar is, was de naam van haar vader niet bekend. Een mogelijke kandidaat was Willem Dulmes, getrouwd met Derkjen Hoickinck. Zij zijn als ouders opgenomen omdat Willem voorkomt als doopgetuige bij Aaltjens kinderen. Verder koopt Aaltjen Dulmes samen met haar eerste en tweede man goederen van Gerrit Dulmers en van Hendrik Dulmes. Dit soort transacties komen vooral voor tussen broers en zussen. Gerrit en Hendrik zijn beiden zoons van Willem Dulmes en Derkjen Hoickinck. | Dulmes, Aeltje (I318)
|
| 959 | Aangezien hij voor het huwelijk van zijn ouders wordt gedoopt, wordt hij aangeduid als 'hoerkint'. | Groten, Tonis (I20740)
|
| 960 | Aangezien Jenneken aan het huis Bredevoort hofhorig was, moest zij voor haar huwelijk gewisseld worden met iemand horig aan het Stift Vreden. In het hofprotocol van Bredevoort staat hierover aangetekend: Ick Jacob van Der Capellen Droste to Brefort do kondt und bekenne overmidts dussen besiegelden brief voir mij und min nakomlingen dat ik in namen und uth bevell des edelen und walgeboren hern Diderichs van Brunckhorst und Batenborch hern to Anholt Bannerhern to Baer und Latum Panthern to Brefort etc. mits die edele und walgeboren werdigen und ersamen Ermgart Gravin ten Retberge Pravestin und semptliche Capitel des vrij edelen und weltligen Stifte Vreden eine genochliche wessel gehalden und van oir G. und L. tot behaef des huses Brefort in hofhoricheit ein frouwes persoen genant Jenneken Brorinx Tonis und Gesen Brorinx echte dochter, geboren van walgemeltes Capitels gude Brorinx gelegen in den kerspel van Wenterswick in die burschap Raetman ontfangen hebbe, dair voir ick als droste in namen und uth bevel wie baven in gelicker hofhoricheit to ener rechten wederwessel walgemelter Pravestin und Capittel avergegeven und avergewieset hebbe Jenneken Gesinck Johan und Marie Gesinx echte dochter geboren van des huses Brefort hofgude Gesinck gelegen in den kerspel Wenterswick in der burschap Medeho und gelave demna voir mij und mijn nakomende amptludedes huses Brefort deser wesselunge te waren und rechte warschap te doen wie man sulches na gebruik dieses ortes und to lantrecht behoirt und schuldich is to doen sonder argelist des in oirkondt der warheit hebbe ik Jacob van der Capellen droste upgemelt min segel an desen brief gehangen int jair onses hern 1563 ahn 21e dach Septembris. Bron: Luiting, Het erve Kössink als hofhorig erf van het stift Vreden p. 14 In het hofboek van Bredevoort staat in 1563: "Jenneken Gesinx dochter uth der echte gehilickt met verwesselong an Jost Kosinck Vredensch hofman". Bron: RAG: Archief Nassause Domeinen inv.nr. 13b | Family F1608
|
| 961 | Aangezien zij en haar man bij Jan H. Siebelink en diens vrouw Alijda begraven liggen, zou het kunnen dat zij hun dochter is. | Johanna H. (I42948)
|
| 962 | Aangezien zij zusterskinderen waren, hadden Coene Mensinck en Armken Luttekekossinck huwelijksdispensatie nodig. Deze vroegen ze op 19-2-1729 aan. Bron: Jaarboek CBG. | Family F1675
|
| 963 | Aangifte van Berend Willem Loijtink, 70 jaar oud, wonende op Loijtink in Meddo, gehuwd geweest en vier kinderen nagelaten. | Loijtink, Berend Willem (I2122)
|
| 964 | Aantekening: Niet getr. In mei 1666 gingen zij eveneens te Bredevoort in ondertrouw. Hierbij staat aangetekend: "2e gebod". | Family F4505
|
| 965 | Abraham te Veene 43 j., an het Veenhuis, Woold, zoon van wijlen Jan en Teunisken Deunk op het Veenhuis, Woold. | ten Vene, Abraham (I11759)
|
| 966 | Abraham Wilterdink is op 15 augustus 1841 lidmaat geworden van de Christelijke Afgescheiden gemeente te Winterswijk. Hij is als lidmaat overleden. Bron: Das aantekeningen Christelijke Afgescheiden Gemeente Winterswijk | Wilterdink, Abraham (I7694)
|
| 967 | Adam is op 22 januari 1682 25 daelder schuldig, half aan de provisorie, half aan de Diaconie te Winterswijk. Hierover moet hij vanaf 1684 5 procent rente betalen. De schuld is op 26 mei 1701 afgelost. In 1688 woont Adam in het Dorp Winterswijk. Hij komt voor op de ledenlijst van het Winterswijkse weversgilde. Bron: Streekarchief Doetinchem, archief weversgilde Winterswijk, Gildeboek (inv.nr. 3), fol. 6 | Lantink, Adam (I472)
|
| 968 | Adolph Hesselink was de eerste dominee van Clymer Hill Reformed Church in Clymer, NY. Het gezien verliet Clymer in 1850 en trok naar Muscatine, Iowa. Bron: E-mail Thelma Heil d.d. 25-5-2005. | Family F9765
|
| 969 | ADW art. Ahlte noemt als kinderen: Evert Jan, geb. ca. 1827 Gerritjen, geb. ca. 1833 Gerrit Jan, geb. ca. 1836 Grada, geb. ca. 1842 Hendrik Willem, geb. ca. 1846. Volgens van Eyck-Varsseveld Oudste zoon 25-26 j. oud bij ramp. Jongste zoon 19 jaar, moest verplicht in dienst. Zijn hierom vertrokken. Dit klopt niet met elkaar. De reden hiervan is, dat Dhr. Ahlte uitgegaan is van de leeftijd bij de laatste volkstelling in 1840. Later is hij er echter vanuit gegaan dat dit de leeftijden waren bij vertrek. Lammert en zijn gezin woonden in 1839 in de Binnenheurne te Varsseveld. Hij was daglooner en 49 jaar oud. Willemina Hofs was 47 jaar oud en afkomstig uit Gendringen Evert Jan was 20 jr., Gerritjen 14 jr., Gerrit Jan 11 jr., Gradus 5 jr., Hendrik Willem 1 jr. Inwonend was Geziena te Loo, 78 jaar. Zij is in 1840 overleden. Achter de namen staat: Vertrokken naar America. Na hun vertrek wordt het huis bewoond door de familie Heide. Deze zijn op 22 augustus 1847 aangekomen van Dinxperlo. Als reden voor zijn vertrek noemt Lammert 'wegens boetebetaling voor een onbewuste fraude bij het vervoer van turf'. Hun doel is Wisconsin. Hij behoort tot de welgestelden. De afgescheiden gemeente van Aalten hielden diensten bij L. Oberink en D.W. Navis, B. Groot Nibbelink op de boerderij Olderslag, en bij A. Colenbrander op Keurhorst. Bron: A voice from Aalten about the Phoenix disaster, Bevolkingsregister Varsseveld 1839-1849 blz. 179, huis 427 | Family F2252
|
| 970 | Aelbert is in totaal vier maal getrouwd geweest. Het huwelijk met Hinders Drejers was zijn eerste. Op 26 december 1768 sterft er in Aalten een kind van Albert Duenk. Het wordt een dag later begraven. Op 22 juli 1769 staat in het Aaltense ondertrouwregister: Albert Duunk, weduwnaar van Henders Dreiers, en Lijzebeth te Kulve, onder Winterswijk. Volgens Das woont hij dan op de Haart onder Aalten. Ze gaan ook in Winterswijk in ondertrouw. Dit doen zij op dezelfde datum als in Winterswijk. In deze akte wordt de vader van Lijsbeth genoemd, hij heet Hendrik te Kulve. Negen jaar later trouwt hij opnieuw. Hij ondertrouwt en trouwt te Aalten op resp. 31 juli en 23 augustus 1778 als Aalbert Duunk, wedr. v. Elizabeth te Kulve, uit Aalten, en Elizabeth Hinkamp, jongedochter te Bredevoort. Bij de akte staat vermeld dat zij in Bredevoort getrouwd zijn. Elsebe, zoals ze ook genoemd wordt, is een dochter van Geert Hinkamp en Geertjen ten Haaf. Aalbert gaat op 18 april 1788 te Bredevoort in ondertrouw met Aaltje Hengeveld, dochter van wijlen Arend Hengeveld en Jenneken Krajenbrink. Zij is gedoopt te Dinxperlo op 21 juli 1754 en heeft voor haar huwelijk gewoond onder Lichtenvoorde. Ze trouwen met attestatie naar Lichtenvoorde. Bron: Trouwboek Aalten, Das Lib. Gifte Brinkheurne 20, O.T.G.B. 93-26 Albert Deunk en Henderske Dreiers worden in 1757 lidmaat te Aalten. Zij woonden toen op de Haart. Op 14 juni 1779 wordt hij uitgeschreven als lidmaat naar Bredevoort. Bron: lidmatenlijst Aalten | Family F75
|
| 971 | Aelken was eerder getrouwd voor ze met Hendrick trouwde. Haar eerste man heette ook Hendrick, namelijk Hendrick Hijnck. Ze gingen op 5 maart 1682 te Winterswijk in ondertrouw en trouwden op 22 april 1682. Hendrick Hijnck was een zoon van Jan Hijnck. Na de dood van Hendrick Geerdes, die zich ook Hijnck noemde, hertrouwde Aelken met Jan Heminck. Op 20 augustus 1698 gingen ze in Winterswijk in ondertrouw. Van Aelken's andere huwelijken zijn geen kinderen bekend. 27 februari 1710: Fredrik te Voortwis x Adrea Waliens verkopen een stuk bouwland, de Paskamp onder het goed Geerts met het aangrenzende einde van de Pasmathe in Corle aan Jan Heminck genaamd Hijink, en Aeltjen ten Dondergoor, o.a. Hijink Woortien?, Hijink goorden, Hijink Hofken, etc. Bron: Das Aantekeningen volontaire protocollen Bredevoort | Family F611
|
| 972 | Aeltjen hertrouwt met Jan Coops, die ook op de Borninkhof komt te wonen. Hij is een zoon van Coene Coops en Jenneke N. uit het Woold. Ze gaan op 27 augustus 1693 zowel in Aalten als in Winterswijk in ondertrouw. Ze trouwen in Aalten op 10 september 1693. Samen krijgen ze 5 kinderen: 1. Elske ten Borninckhoff, ged. te Aalten op 6 januari 1695. 2. Johanna Geertruyd ten Borninckhoff, ged. te Aalten op 14 februari 1697. 3. Jenneke ten Borninckhoff, ged. te Aalten op 23 juni 1700. 4. Wander ten Borninckhoff, ged. te Aalten op 25 maart 1703. 5. Aaltje ten Borninckhoff, ged. te Aalten op 14 augustus 1707. 23 mei 1702: Jan Coops tot Borninckhoff schuld van f 48,- en 8 schepel rogge aan de weduwe van Herman Mentinck. 19 juli 1702: Gerrit Jan en Berent te Borninkhof voor haar onmondige Geesken en Luite? hebben stiefvader Jan Coops gemachtigd om de kooppenningen te ontvangen van 't Goed Coepenstede in Reede, ambt Bocholt. 2 november 1702: Genoemd Jan Coops getrouwd met Aeltje Weninck. 10 juni 1704: Jan Coops Scholten ter Borninckhoff, huisvrouw absent, heeft een schuld van 156 Gl. aan de wed. van Herman Mentinck en stelt een onderpand. Jan Coops Scholten ter Borninckhoof x Aeltje Weeninck heeft een schuld van 200 Gl. aan zijn Eerw. de Heer Pastoor Vithi en 150 Gl. aan de Comm. Otto van .....? Pand o.a. ¼ part van t Velthuijs in Kerspel Aelten, Bourschap Haert, Heurne, etc. 13 juni 1704: Jan Coops S. ten Borninckhoff x Aeltje Weeninck hebben een schuld van 125 Gl. aan de wed. Harmen Mentinck. Pand. o.a. den halven SteenCamp gelegen met eene zijde naast Slotbooms Landt en met de andere zijde schietende aan het Kleuversbos landt daarenboven het heijstercampken soo hij met heijsters bezaeijt heeft, liggende tegens den Steencamp over. 8 september 1706: Jan Coops Scholte te Borninckhof x Aeltje Weeninck hebben bij de schuld van 100 Daalder nog geleend 200 Caroli gl. van Jan Huininck. Onderpand o.a. ½ Steencamp ene zijde aan Slotbooms landt andere zijde aan Klavers Bosch. 19 oktober 1706: Jan Coops S. te Borninckhof schuld aan Jan Huininck f 100,- en f 150,- Onderpand o.a. land op den Steencamp gelegen in de heijsterkamp omtrent ½ molder saat in den kerspel Aelten ten Buurschap Haart. Bron: Doop- en trouwboeken Aalten, 'Kroniek en Genealogie van het Scholtegeslacht Borninkhof' door R. Borninkhof, Das aantekeningen volontaire protocollen Bredevoort | Family F409
|
| 973 | Aeltjen was al weduwe toen Gerritt Hendrick geboren werd. In het doopboek staat hij als 'speelkint' ingeschreven. | te Beeste?, Gerritt Hendrick (I23888)
|
| 974 | Aeltjen was weduwnaar van Hendrik Gelink. 14 mei 1716: Gerrit Dulmers X Deefken Koks verkopen aan Henr: Geelink X Aaltjen Dulmers een stukje land circa 2 schepel Pereboomsstukje gen. in de Hoijtink Esch aan de ene zijnde naast Hoijtinkklootje en aan de andere zijde Orgelisten stuk etc. Hieruit blijkt dat zij al voor `4 mei 1716 met Hendrik Geelink getrouwd was. 14 juni 1714 Jan Doink X Mette Toene Doink X Anna Mechtelt Reiner Doink X Fijken voorts Gerrit Doink. verkopen aan Gerrit Dulmers bouwland op de Hoikink Esch, Brinkheurne tussen Hoikink Klootien en een organiste stukien, het Pereboomsstucke gnt. 1 juli 1720: Hendrik Dulmers X Aaltjen dragen op aan Jan Hilbelink X Aaltjen Dulmers een seecker Stedeken Het Broeke gen. voors.... Boulant op den SijperEsch Boulant op het Zijpe kempken alsmede haer... eijgendom aen het Huijs op de Zijpe staande en het daerbij gelegen Gaerdeken voorts Plaggenvree etc. Opdragt waerbij Hendrick Dulmers ende Aaltjen ehel. aen Jan Hilbelink ende Aaltjen Dulmers ehel: koomen optedraegen, seeker stedeken het Broeke genoemt voorts een stuk Bouwlant van omtrent 3 schepels gesaeij op den sijper esch, en stuk boulant op het Zijper Kempken, als mede haer geregten Eijgendom aen het huijs op de Zijpe staende, en het daerbij gelegen gaerdeken voorts plaggenvree, alles met sijn op en dependentien, als breder bij de acte van den 1sten julij 1720. RABvt inv.nr. 461, repertorium Brinkheurne fol. 560 24 oktober 1765: Cautie pro futuro judicato door Jan Derk Abbink en Johanna Geertruid ten Dolle Ehel. in causa tegen Jan Hilbelink cum suis onder speciaal verband van haar land, een half huis met de Hof daar agter schietende bij haar bewoond aan het Weurden. 2. Hof in den Kidden goorden tussen de hoven van Jurriaan en Hendrik Willink en Jan Willem Vriesen. 3. stuk Hooigrond in de Morsche. de melioratie van een stuk land, het Kempken gent. Gerojeerd 3 juli 1766. Bron: Das aantekeningen volontaire protocollen Bredevoort | Family F92
|
| 975 | aen de teeringe | van Sontsvelt, Clara (I23279)
|
| 976 | Akte ingeschreven 9 maart 1827. | Meerdink, Jan (I19468)
|
| 977 | Albert Berninck is leenman van het leengoed Berninck in Beltrum. Albert Berninck, erve sijnes vaders Bernts, 3 Oct. 1520. Idem vernijt eedt, 17 Sept. 1538, 30 Junii 1544, 31 Oct. 1557. Bron: J.S. van Veen: Leenaktenboek kwartier van Zutphen, 1917, leen 126a (goed Bernynck). | Beernincks, Albert (I42727)
|
| 978 | Albert is leenman van het goed Berninck in Beltrum. Albert Berninck, erve sijnes vaders Hermans, Ao. 1461. Idem, Ao 1465. Idem vernijt eedt, 6 Oct. 1473. Hier staet: daer naest geërft is die Roetingshofstede an d'een ende Werner Duercoops an d'ander sijde. Bron: J.S. van Veen: Leenaktenboek kwartier van Zutphen, 1917, leen 126a (goed Bernynck). | Berninck, Albert (I42730)
|
| 979 | Alberta Geerlings werd geboren in Enter en zij stierf hier op 15 juni 1847. Het verhaal dat haar grote zus Hendrikje op de Phoenix omkwam doordat zij terug ging om een dekentje voor baby Alberta te halen, lijkt dus niet te kloppen. Het is erg sterk dat er in november al weer een baby met dezelfde naam ter beschikking was. | Geerlings, Alberta (I44709)
|
| 980 | Aleida Gesiena werd op 17 maart 1799, tegelijk met haar broer Jan Hendrik, lidmaat van de Nederduitsch gereformeerde gemeente te Winterswijk. | Loijtink, Aleida Gesiena (I120)
|
| 981 | Aleijda Weenink werd op 6 september 1846 lidmaat van de Christelijke Afgescheiden Gemeente te Winterswijk en emigreerde op 24 september 1846 naar Amerika! Bron: Das aantekeningen Christelijke Afgescheiden Gemeente te Winterswijk | Weenink, Aleijda (I8048)
|
| 982 | Alexander Verschaegen sijn vrouw | Muller, Aleida (I30891)
|
| 983 | Alexander was doopgetuige in 1692, 1693, 1695, 1696 en 1697. Hij komt voor op de lidmatenlijst van Dinxperlo in 1695. Bron: Het geslacht Carsteijn door Tijmon Balk 25 juni 1704: Rosier Jagerinck x Vijken van Lent verbinden in de rechtzaak tegen Sander Kasteijn, Jan op de Woort ofte Eeltinck, Geert Bolandt en Wilhelm Reiners ofte Bruin landt hun huis in Dinxperlo tussen Hendrick Huls en de wed. van Hendrick Smits en de behuising aghter en ter Zijde aan de gemeenen straete gelegen, etc. Bron: Das aantekeningen Volontaire protocollen Bredevoort | de Carsteijn, Alexander (I3835)
|
| 984 | Alle kinderen van Hendrik Jan Ros en Dora Sikkink emigreren of met hun gezin, of als vrijgezel naar Amerika. Na het overlijden van Dora Sikkink in 1859 wonen Hendrik Jan Ros en zoon Jan Berend Ros als knech op Diekebosch in het Woold en vandaar emigreren ook de vader en deze zoon naar Amerika; de zoon op 29 juni 1869 en de vader onaangekondigd naa 1874 zodat hij ambtshalve wordt geroyeerd. In de trouwakte uit 1877 van de jongste dochter Janna Christina Ros, die nog in Winterswijk trouwt met Jan Derk Klomps en in 1881 als laatste kind met haar man en de drie kinderen naar Noord-Amerika vertrekt, staat over haar vader de aantekeing: 'beroep onbekend, vertrokken naar Noord-Amerika, zonder dat men weet of hij nog in leven is, of waar hij zich bevindt'. Bron: Willy Bilderbeek-Lammers: Geboorteakten Winterswijk | Family F7883
|
| 985 | Als 'Grijte Wiggers'. | Wiggers, Margaretha (I251)
|
| 986 | Als getuigen bij de geboorteaangifte traden op: Willem Boeijink, 30 jaar, wever Willem Wubbels, 47 jaar, arbeider. | Wubbels, Derk (I29518)
|
| 987 | Als haar ouders in 1858 emigreren, laten ze bij de notaris vastleggen dat zij gemeentebode Berend Hendrik Nijenhuis machtigen om namens hen op te treden, in het bijzonder voor het verlenen van toestemming voor het huwelijk van 'hunne hier te lande achterblijvende dochter Janna Geertrui ten Pas'. | ten Pas, Janna Geertruid (I54925)
|
| 988 | Als hij emigreert laat hij zijn gezin achter. | ten Houten, Jan Gerhard Kraak (I42567)
|
| 989 | Als hij in 1847 emigreert laat hij zijn vrouw en kind van 1 jaar achter. | Family F11953
|
| 990 | als moeder staat foutief genoemd Jenneken te Veenhuijs, maar zij was toen al overleden en Cope al hertrouwd. | te Kreijl, Jenneken (I25828)
|
| 991 | Als naam van zijn moeder staat Henders Geelink, maar dat is de naam van zijn overleden vrouw. | Family F809
|
| 992 | Als ouders worden genoemd Geert Reeckman oft Slats in Miste ende Jenniken Wilbrinck. | Slattes, Henrick (I4751)
|
| 993 | Als partner staat Hendrik Jan te Selle genoemd, maar dat was de man van haar zus Janna Geertruid. | Vonhof, Johanna Willemina (I24572)
|
| 994 | als Wessel Schepers | Eelverdinck, Wessel (I1031)
|
| 995 | als: Jan Willem | Maes, Berend Willem (I12568)
|
| 996 | Anna Catharina is onderweg naar de Verenigde Staten overleden. Haar familie wou niet dat zij een zeemansgraf kreeg en wist haar dood verborgen te houden door haar rantsoenen te eten en tegen haar voeten te schoppen alsof ze nog bewoog, tegen haar te praten, etc. Toen ze New York bereikten wisten ze haar aan land te krijgen. Volgens de overlevering hebben ze haar naar Westfield, Chautauqua County gebracht en daar begraven maar konden ze later het graf niet terugvinden. Bron: E-mail Thelma Heil d.d. 19-5-2005 | Hellekamp, Anna Catharina (I7321)
|
| 997 | Anno 1636 op Donderdach den eersten September - In bijsijn Jan ten Berge ende Peter Cloeck, Coernoten, heefft Jacob Benninck in sijn laetste .... Swack van lijve, Idoch met goeden V(erstandt), gedoniert ende gegeven sijnen B(roeder Jan) Benninck een schepel geseij land(ts) ..ene in den Alter Ess, dat tegenwordi(ch La)mbert Kremer int gebruick heefft offte bauwt, daermede Jan Benninck sijn Broeder eens voor all sijnen affstandt hebben sall. Wijders aengaende die andere goederen soo liggende off roerende, offte soo sie konnen genoemt werden, sal Jan Grim ende sijn huijssvrouw, namelick Jacob Benninck sijn Suster Beele ende hare Erven, sullem alle sijne naelaetenschap aensterven ende v(er)erven, Vorbeholdt sall Jan Grim die schuldt ende onschuldt betaelen, dessen heefft obgemelte Jacob Benninck den Armen tot Bredevoordt gegeven namlick Vijff daller Bredevoortscher geweerde, dieselve sall voorschreven Jan Grim entrichten ende betalen, sonder Argelist. Hierbeneven hebben getuijgen dieses met eijgen handt (onder)schreven, Actum Bredevoordt (datum) et Mense ut Supra. Bron: RAG, RABvt inv.nr. 409 fol. 60, 60v | Family F10864
|
| 998 | Anno .... heeft den Ouden Meerdinck uit Woold den armen gegeven, ende staen desselvs sone cum? interesse voldaen te moeten werden Captl: daeld: 25:. Hierop heeft Lutgen Cossinck hier tot mijnen huise d. 19 Novemb. 1684 afgelegt guld:24:-10. Rest also op het Capitl. guld:13: die Lutgen Cossinck met den interesse van soveele jaeren dat dese gifte van sijn vader gedaen, noch resteeren te betaelen aen den aemen. Hierop Joost Trae ontfangen fl:3:15. Dit is gequiteert. Van die voorts 24 gl.10st. sijn volgens resolutie des kerckenraets gegeven tot opbouw der kercke tot Bronckhorst d. 11 April 1684 fl.5:-:- Noch aen de Oude voogdin Bronckhorst tot Stadtloe in haeren noot den selven dato als boven fl:-:10:-. Noch aen Metta Heeurninck na dat van provisoor en Diaconen 2 rijckdll. gegeven, sijn daerbij nae gedane collecte tegens Jacobi sal wedergeven fl:5:-:-. Bron: Das aantekeningen oud diaconieboekje Hoewel geen tweede huwelijk van hem gevonden is, is Jan Meerdinck mogelijk hertrouwd met een dochter van Wessel en Lijsken Droppers. De kinderen die na 1684 geboren worden hebben allemaal Droppers als getuigen, en geen Lutjekossincks meer. Ook treedt Jan op als doopgetuige bij een kind van Wessel Droppers. | Family F617
|
| 999 | Anno 1661 op den 18 september heeft M Joncker Henrick Rodolph van Munster attestatie gehaelt Als datt sijn Weled vader Rodolph van Munster alhier tot Bredevoort geweest is majoor en de Comijssaris van t'Lants Magasijn, alsnog AmunitieMeester, en de sijn Weled moeder uitt Bohemien, gnt Aniska (..drila)? ofte Anna Elizabeth Seliskj, gecopuleert tot Blattauw gnt Bohemien, en de datte voorn Henrick alhier zijn boor en de gedoopt is. | van Munster, Henrick Rodolph (I44295)
|
| 1000 | Anno 1676 op den 23 April, sijnde Sondaeghsavont, is geboren en ter werelt gebracht, noch qualick halverdracht sijnde, van Geesken Wensinck, getrout sijnde met Hendrick te Grootenhuys, twee dochters, sijnde met het bovenmiddellijf aen malkander gewassen, hebbende voorts een navel, twee hoofden, vier armen en handen en vier benen met haere voeten, alles volkomelick. Uit: Kerkeboek van Dinxperlo 1660-1714 Bron: OTGB 94.120 | Family F6622
|