Achterhoek Ancestors
Notes
Matches 351 to 400 of 4,561
| # | Notes | Linked to |
|---|---|---|
| 351 | 18 april 1684: Geerdt Hoickinck X Trijne Huijskes bouwluijden op de Stroudt, zijn schuldig aan haeren landtheeren soone Abraham Haeffkens 100 daler tegen 6%. Zij stellen al hun bezittingen als onderpand. Bron: ORA Bvt inv.nr. 427 fol. 46v | Family F989
|
| 352 | 18 april 1719: Wander Doink op Vellers, Henxel X Aaltjen hebben een schuld van 100 Car. Gl. aan Lubbert Hesselink en Jenneken. Bron: Das aantekeningen volontaire protocollen oud rechterlijk archief Bredevoort | Family F5596
|
| 353 | 18 december 1626: Erschenen die Ehr- und doegentsame Alheit ter Woert weilandt Henrich Hummelkens nagelatene, ietzo des Ernhafften Sinjeur Joannis Oldenseell eheliche huisfrow, mit gemelter Joanne Oldenzeel Ihren Eheman und hiertoe erkornen und toegelatenen Mombar, Sagten und bekanden meergemelter M. Joannes Oldenzeell Alheit ter Woerdt eheluijde voer sich und ihren erven, Demnae die neffens und respective vanwegen Irer Alheidts afwesende Kinderen Henrichen und Berndtgen Hummelkens Ihre und Ihren kinder Behausung Inder Vrijheit Oedingh tuschen Henrichen Hunders und Johan Reessings behuisungen gelegen anden Erbaren Everdten Lohkamp Molner thoe Oedingh Henrica Schulten eheluijde erfflick verkofft und voer den Zuthloonse als competenten Gerichte am 26. Novembris naestleden daervan geboerlicke Cession und opdragt gedaen, oick geboerende wahrschafft gelaefft und presentiert hedden, dat sie dannoch pro maiore cautione et assecuratione an statt und van wegen harer affwesende kinder Henrichen und Berndtgen Hummelkens und derselven erven haren derdendeel des Erff und guets Nijenhuijss inden kerspell Wenterschwick buerschap Cathen gelegen voorth alle Ihre iegenwoirdige und toekompstige gereide und ongereide gueder ter wahrschap mehrgemelte Behuijsong bester gestaldt rechtens wollen verhypotheciert und veronderpandet hebben, doende sulcks krafft deses, alles sonder exception und argelist. Bron: Henk Ruessink (transcriptie), ORABvt inv.nr. 399 fol. 53v, 54 11 juni 1635: Erschenen Mr. Jan van Oldensell, scholmeister, Henrick Switzer Sergeant und Jan Cranen als respective Mombaren und Ohms van zal. Joost Hassincks nagelaten Kinderen Gerrit und Joesteken, die bekanden in nhamen gemelter Kinderen vorschreven und deren erven, voor eene walbetaelte Somma geldes, rechtes steden ewigen und onwedderroeplicken erffkoops avergelaten und verkofft te hebben ahn Adrian Poppinck Geessken Onnekinck eheluijde und haren erven, haer der Pleegkinderen huijss, inden Darpe Wenterschwick, mit eener sijdt naest koeperen, eertijts Hellen huijss, mitter ander naest Herman Weddincks huijss gelegen, mitt eenen ende ahn Koeperen grondt, mitten anderen ande gemene Strate schietende, mitt desselven toebehoer und gerechticheit, voer doorschlechtich Kummerfrij, alles inholdt daervan eertijts opgerichten Vorwerden, Deses in qualiteit vorschreven erfflick gecediert und uthgegaen. Daerop mit hant, halm und monde vertegen, wahrschap, verner und beter verschrijvongh und vestniss gelaefft nae Landtrechte, Bij veronderpandongh harer der Pleegkinderen goederen, Sonder exception und argelist. Bron: Henk Ruessink, ORA Bvt inv.nr. 408 fol. 23, 23v 28 december 1641: Erschenen Aelken ter Woort, huijsfraw van Joannes van Oldensell mit Thoma Cuminie, Pastor tott Wenterschwick, haren in deser saeken erkorenen ende toegelatenen Mombar in absentie hares Mans, und hefft bester ende bundichster formen en den gestalt aller rechtten Sie bestendichst ende vastlichst doen solde konde offt mochte gerenuntiert op alsodane Rente van Sess Molder Rogges als Sie voor dato geheffet ende geboert hefft uht Gerdes goet in desen Ampte Bredevoort Kerspell Wenterschwick Buerschap Corle gelegen, tegenwoordich Reiner Grievinck comptierende ende toestendich. Overgevenden tott dien fine den originelen versegelden Rentebrieff der vorschreven Sess Molder Rogges, Bekennende alles gemeltes hares Mombars, voor haer, haeren Eheman vorss. und haren Erven, gemelte Geerdes goet der vorss. Sess Molder Rogges gevrijt ende allerdings ledich, looss ende ontschlagen te sijn. Gelavende desselven Wahrschap oock beter Verschrijvongh, des noot sijnde, nae Landtrechte. Bij verbant harer goederen, sonder enigerlei exception argh ende list. Erschenen Reiner Grievinck und hefft voor sich und sijnen erven Aelken ter Woort, huijsfrouwe van Joannes van Oldensell op die renunciatie der Sess Molder Roggen Renten uht Geerdes huijden dato gedaen, haer, haren Ehman offt deren Erven eens voor all angelaefft te betalen die Summa van twiehondert daler ad 30 stuijver t'Stuck, Sess molder Roggen und twie R.dallr. Hierop gemelter Oldensell die Hondert dall. inden Gerichte gedeponiert tott affcortinge gemelter Summen averwijsen t'ontfangen, belaevende die restierende 135 dall. tegens anstaende Meij 1642 gewisslick und onfeilbar te betalen. Die sess molder Roggen averst eerstes dages t'erleggen. Alles bij veronderpandongh sijnes Erffs ende goedes Geerdes goet inden Kerspell Wenterschwick, voort aller sijner gueder hoe, offt waer die gelegen , sonder exception und argelist. Bron: Henk Ruessink, ORA Bvt inv.nr. 412 fol. 55v-56v | Family F11219
|
| 354 | 18 december 1638: De conventualen van Groot Buerlo dragen het goed Oossinck op in pandschap aan Geert Schulte Oossinck sijn vrouwe en erven voor een bedrag van 1135 daalder. 8 mei 1645: Het pandschap wordt met 100 daalder verhoogd. Bron: Gelders archief, ORA Bredevoort inv.nr. 416 (repertorium Winterswijk 1630-1811), fol. 498 | Osinck, Geert (I31192)
|
| 355 | 18 februari 1581: De pandheer van Bredevoort spreekt Dele, echte dochter van Thonis Willinck en Fije, vrij van hofhorigheid aan den huize Bredevoort Bron: Kwartieren Greidanus-Jaeger in stamreeksen 48, RAG, Nassause Domeinen 13a f 284v 7 april 1588: Gerit is giltmeister in Huppel en wordt aangesproken voor unraedtspenningen (RABvt 58 f 45, 50av) 3 juni 1588, Gerth Boeijinck in Huppel bekent schuld (id 58 f 68) 20 december 1596: Zij bekennen een schuld van 79 daalder, te voldoen op vastelavond 1597 op straffe van pandlevering (id 60 f 162v) 27 juni 1598, hij is borg voor Hinrich Willinck (id 61 f 40v) 30 mei 1611, hij cedeert al zijn vorderingen aan zijn zoon Herman Boenck (id 73 f 97( 1619, zij kopen land op de Onnekinck binnenesch in Ratum (id 392 f 50) 7 juni 1622, Conne Schulte ten Borninckhave testeert, hij is een Willinck (zijn vrouw Naele is meierse ten Borninckhave), heeft een broer Jan Willinck en een zuster Diele Boenck. (id 395 f 25v) Bron: Kwartieren Greidanus-Jaeger in stamreeksen 48 | Family F742
|
| 356 | 18 januari 1571: Herman Roirdinck, als man und mombar Agnes Tomassen, siner huisfrowen, heft voir ein action und anspraick, hie hirto pretendiert to hebben, under den gerichte Wenterswick laten besetten und in kommer leggen, alle alsodane whaer und guidt als Wilhm Buerckess, Rotger Bussemester und Johan Langen, burgeren der stadt Essen, sampt und bisonders togehorich und tostendich is und in Dirick Lebbinx und Johannis ter Hellen huiseren in den dorpe Wenterswick in bewaringh afgelacht ist worden etc. Actum 18en januarij Anno 1571. Bron: ADW (transcriptie), ORA Bvt inv.nr. 50 fol. 1 Hofboek 1575: De heer van Bredevoort laat aan de conventualen van het klooster Groot Burlo over Agnes echte huisfrowe Herman Roirdinx mit oren kinderen Jenneken Elisabet, Gerrit und Susanna en hebben daarvoor weer ontvangen Naelken Bernt Vockings echte huisfr mit oren kinderen Jacob Jenneken Hilleken und Berntken. | Family F674
|
| 357 | 18 januari 1615: Erschenen Meine Wensinck voer sich ....(gat in papier) mede als Vader und Momber sijner (Kinderen) Derick, Geertken und Aelken /: daervoer hij wegen ratification und approbation deses cavierde : / voort Essel Wensinck sijn soon voer sich selffs und Lubbert Eekinck voer sich selfss und mede als echte M(an) und Momber Stijnen Wensincks, (daer)voer hij cavierde, die bekanden in (quali)teit vorschreven, voer sich, haren Kinderen respective huijsfrouwen und erven, Voer eene walbetaelte Summa geldes, rechtes steden ewigen und onwedderroeplichen erffkoops avergelaten und verkofft thoe hebben, den Edlen, Ernvesten Ehr und voeldoegentrijcker Anthonius van Voorst then Hagen, Margarieten Schenck sijner Edl. Huijsfrouwen und haren erven, Haer verkoeperen Erff und guet Passche, inden Kerspell Aelten buerschap Iserloe, tusschen Meckinck und Ruel, in sijner ferner voor und bepalung gelegen, mit sijn toebehoer und gerechticheit, voer doerslechtich Kummerfrij, Voerbeholden den Huijse Anholt Eenen Meijrijder, Bernt Ruessinck Een Molder Roggen thendt, den Pastoir 't Aelten Vierdehalff schepell Mancksaets Molts, und den Huijse Bredeforth Een schepell Richthaver Jaerlicx und gewontlicken dienst. Deses in mathen vorschreven erfflick gecediert und uthgegaen, Daerop mit hant, halm und monde vertegen, waerschap, und beter vestniss gelaefft nae Landtrechte. Bij veronderpandung hares selven erffs und guets Eeckinck, voorth aller harer gereiden und ongereeden guederen. Sonder exception und argelist. Bron: Henk Ruessink (transcriptie), ORA Bvt inv.nr. 388 fol. 2 25 maart 1618: Erschenen Henrick Kersseler, Geertken Wensinck eheluide, die bekanden voer sich und oeren erven, voer eene walbetaelte Somme geldes, rechtes steden ewigen und onwedderroeplicken erffkoips avergelaten und verkofft thoe hebben Lubberde Eickinck, Stijnen Wensinck eheluijden und oeren erven, oere Verkoeperen alinge andeell, quota und gerechticheit des Erffs und guets Eeckinck inden Kerspell Aelten anden Ess t'Iserloe gelegen , mit desselven inliggende und daerop staende natuerlicke stedicheit und beswaer, welcke Koepers angenomen te dragen und verrichten. Deses erfflick gecediert und uthgegaen, daerop mit hant, halm und monde vertegen, waerschap, beter verschrijvong und vestniss gelaefft nae Landtrechte. Sonder exceptie und argelist. Bron: Henk Ruessink (transcriptie), ORA Bvt inv.nr. 391 fol. 14 5 juni 1621: Erschenen Meijne Wensinck und bekande voer sich und sijnen erven, dat Lubbert Eeckinck, Stijne eheluijde hem sodane Penningen, als Esselen und AelkenWensinck sijns Meijnen Soon und Dochter zeligen wegen hares Kintsdeels vant Erff und guet Eickinck inden Kerspell Aelten, anden Esch t'Iserloe gelegen, gecompetiert, sijnde op hem Meijnen vererfft, volnkomentlick entricht und betaelt hedden. Bedanckte sich derselven goeder betalong, quitierende daerop krafft deses, und hefft demnae Meijne Wensinck voer sich und sijne erven, In behueff Lubberten Eeckincks Stijnen eheluiden und oeren Erven, op gemelter sijner saligen Kinderen Esselen und Aelkens quoten und anderleij gedachtes Erffs und guets Eickinck, mit hant, halm und monde vertegen. Derselven waerschap und vestniss gelaefft nae Landtrechte. Sonder exception und argelist. Bron: Henk Ruessink (transcriptie), ORA Bvt inv.nr. 394 fol. 37 1 mei 1639: In de marge naast onderstaande acte: A 1644 den 7 December bekande Griete van Loon dat haer dese Somma vollenkomentlick affgeloestt ende betaelt wahr. Ergo Vacat Erschenen Stine Ekinck weduwe van zal. Lubbert Ekinck, mit Teube Ekinck haren oltsten soon und hiertoe erkorenen und toegelatenen mumbar, die bekanden met authoriteit hares soons und Mumbars voorss: voer sich und haren erven, rechter jaerlixer pension avergelaten und verkofft te hebben ahn Griete van Loon, weduwe van zal. Bernt van Asten ter eener und Berndt Mensinck Jan van Asten ter ander sijdt und haren respective erven sess Rijxdllr., in specie jaerlix op Meijdach edoch viertijn dagen voer offt nae kummerfrij toe verschijnen, stellende daervoor t'onderpande alle haer gereide und ongereide goederen, om sich daeran gemelter Pension sampt Hoefftsum Kosten und schaden mit pandongh nae Landtrechte te verhalen. Die Loese een vierendeell jaers tevoren te verkundigen voerbeholden, und demnae jaerlix op Meij viertijn dagen voor offt nae onverhaelt, mit die Summa van hondert Rijxdaler in specie toe Loesen, alles bij Pone van pandongh als voorss. sonder exception und argelist. Bron: Henk Ruessink (transcriptie), ORA Bvt inv.nr. 411 fol. 23 3 januari 1653: Erschenen Henrick Kaelwaegen, die bekande voor sich Gerritijen Veenderbusch sijner huijsfrouwen daervoor de rato cavierende, und sijnen erven, voor eene walbetaelde Summa geldes, rechtes steden ewigen und onwederroeplicken erffkoops avergelaten ende verkofft te hebben an Stijne Eekinck naegelatene Weduwe van zal. Lubbert Eekinck und haeren erven, die gerechte halffscheit van het Erff ende goedt Ekinck in den Kerspell Aelten Buerschap Iserloe tusschen t Westendarp ende Rengerdinck in verdere bepalinge gelegen, mitt desselven olde ende nije toebehoer recht ende gerechtigheit sampt daeruijtgaende gewoontlick beswaer, deses erfflick gecediert ende uijtgegaen, daerop mitt hant, halm ende monde vertegen, wahrschap, verner ende beter verschrijvinge ende vestnis gelaefft nae Landtrechte, bij veronderpandinge sijner goederen, sonder exception ende argelist. In de marge Anno 1657 den 19. Decembris bekande Henrick Janknecht dat hem Toebe Ekinck dese voorss. vijffhondert dall neffens alle interesse betaelt hedde Ergo Vacat Erschenen Toebe Eekinck ende Geerdt Albers gebroedere die bekanden in nahmen haer Moeder Stine Eekinck ende haerer daervoor de rato cavierende, ende haerer Erven, oprechter wetlicker schuldt schuldigh te sijn Henrick Janknecht Kerckmeister tott Aelten Joanna ten Brincke Eheluide ende haeren Erven, die Summa van Vijffhondert dall den dall. ad dertich str. hollants, belaeffden dieselve tegen Martini deses Jaers neffens geboerlick Interesse van Martini 1652 aff te berekenen, gewisslick ende onfeilbaer te betaelen bij verbandt des halven Erffs ende goedes Eekinck t'welck haer Moeder Stine Ekinck van Henrick Kaelwaegen huijden opgedragen worden, datselve der parater execution ende distractie submittierende sonder exception ende argelist. Bron: Franciska Ruessink (transcriptie), ORA Bvt inv.nr. 418 fol. 47, 47v | Family F12344
|
| 358 | 18 juli 1598: Berndt van Elsen genant van Trier heft verthoent eine gerichtlicke verchrijvonge, daerin die erntfeste juffer Rotger van Graes wedtwe sel. Adriaens van Eerde, vermits Herman van Eerde oren sohn und mombar, und Herman van Eerde voer sich selfst, aan wilne Tonis van Asten, Jenneken ehel., obgemelte Berndts vader und moder sel., am 23-11-1571 hebben verkoft een jairlixe rente uth oren erf und gueth Esselinck inden kerspel Wenterswick buerschap Medeho, ad 6 dlr. und 6 molder winterroggen, sambt 1 fuder torf oder 1 orth dlr., jairlix up Martini te betalen, en dit voor 200 sylveren dlr. hoeftsumma. Die loese ein vierdell jaers thovoren te verkondigen und verwittigen. Berndt van Trier beclaegt sich dat hie vast voer und nha bij desen kriegsemporonge in schaede und verderf gevaren is. Hij heeft gemelte hoeftsumma und pension zelf hoichnodich. Daarom zegt hij die loese an. Bron: Luiting, RAG: RABvt, inv.nr. 61, fol. 46r en v | Family F1626
|
| 359 | 18 juni 1644: Erschenen Warner Eppinck Jenneken eheluide, die bekanden voor sich und haeren erven, datt Enneken ten Welpshoff, weduwe van zal. Henrick ten Welpshoff, harer Comparanten soon, hun wegen t'versterff hae(r)s zal. Soons vorss. vollenkomentlick ende te dancke verrichtet ende betaelt hedde, Bedanckten sich wegen gemelten versterffs ende erffnis goeder vollenkomener betalongh, quitierenden daerop hiermit ende krafft deses, bij veronderpandongh harer Comparanten goederen, Sonder exception und argelist. Bron: Henk Ruessink (transcriptie), ORA Bvt inv.nr. 414 fol. 30 | Family F11110
|
| 360 | 18 juni 1657: Anno 1657 den 5. Martij heefft Gertruijt van den Berge, weduwe van zal. Cornelis Smitz vermoge relation Everts Kraenen, gecediert ende opgedragen aen Jacob Willinck ende Mechtelt Hasschers Eheluijden, seker parceell Goordenlandts tegens het Melatenhuijs op den Puijsters Camp gelegen, schietende met den eenen einde an Henrick Wijmes gaerden, mett den anderen einde an Jan Sadelers Goordenlandt, met den eenen sijde langs den gemeinen Heelwegh, met d'ander sijde langs Derck ten Bengevoorts grondt. Onder stont: Everdt Kraenen. Bron: Henk Ruessink (transcriptie), ORA Bvt inv.nr. 36 16 november 1657: Erschenen Jacob Willinck, die bekande voor sich, Mechtelt Hasskers Eheluijden, daervoor de rato cavierende ende sijnen Erven, voor eene welbetaelde Summa geldes ondergemelt, rechter Jaerlixer pension avergelaeten ende verkofft te hebben ahn Willem Wahlien Mechtelt Willinck eheluijden ende haeren erven, Sess Rijx dall. Jaerlix op Martini ende op Martini 1658 eerst toe verschijnen, stellende daervoor t'onderpande alle sijne geriede ende ongeriede goederen, om sich daeran gemelter pension sampt hoofftsum, mit peindinge nae Landtrechte te verhaelen. Die Loese een Vierdel Jaers te voren te verkundigen voorbeholden ende demnae op Martini viertijn daegen daernae onverhaelt, mitt die Summa van hondert Rijxdall. te loessen. Alles bij pone van peijndinge als vorschreven. Sonder exception ende argelist. Bron: Henk Ruessink (transcriptie), ORA Bvt inv.nr. 420 fol. 57v 19 maart 1661: Erschenen Jacob Willinck die bekande voor sich Mechtelt Hasskers sijn huijsvrow daervoor de rato caverende ende sijnen erven, van Willem Wahlien opgenomen ende ontfangen te hebben de somma van twiehondert ende dartigh gulden hollans Belovende dieselve Jaerlix ende alle Jaer te verpensionieren tegens Sess ten hondert waervan het eerste Jaer sall verschijnen opten 19. Martij 1662 verbindende tott dien fine alle sijne geriede ende ongeriede goederen, om in val noots soo wel voor het Capitael als Interesse sich daeraen mett peindinge nae Landtrechte te mogen verhaelen Die loese een Vierendeel Jaers te vooren te verkundigen beijdersijts voorbeholden, Alles sonder exception und argelist. Bron: Franciska Ruessink (transcriptie), ORA Bvt inv.nr. 422 fol. 10 30 januari 1662: Erschenen Mechtelt Haefkes weduwe van zal. Jacob Willinck ten overstaen van Lambert Tra, haeren tot deser saecken gekooren ende toegelaten Mombaer die bekande oprechter wettelijcker schult schuldich te zijn an die Provisoren tot Wenterswijck die summa van 28 dlr Capitael hollandts valuatie gelavende dieselvige jaerlijckx ende alle jaer te verpensioneren met behoorlijcke interesse, so dat hier mede wort gecasseert d'obligatie van haer zal. man gegeven verbindende hiervoor haer persoon ende goederen, om in val noots sich daer an te mogen verhalen, Sonder exception argelist. Eodem coram ijsdem Erschenen Mechtelt Haefkes weduwe van zal. Jacob Willinck ten overstaen van Lambert Tra haerer tot deser saecken gekooren ende toegelaten Mombaer die bekende oprechter wettelijcker schult schuldich te zijn an Berent Resinck die summa van 50 dlr hollandts gelavende dieselvige jaerlijckx ende alle jaer te verpensioneren met behoorlijcke interesse waer door alhier wordt gecassiert d'obligatie hier van an gemelten Berent Resinck gegeven verbinde tot assecuratie hier voor haer persoon ende goederen om sich in val noots daer an te konnen verhalen, Sonder exceptie ende argelist. Bron: Franciska Ruessink (transcriptie), ORA Bvt inv.nr. 423 fol. 6 Erschenen den 6. Maij 1663 heefft Mechtild Haffches Weduwe Willincks geassistiert met Jan ten Bengevoort in solute overgegeven ende opgedragen aen die tijdtlicke provisoren Johan Weeninck ende Johan van Graes ten proufite van de Armen tot Wenterswick seecker huijsplaetse ende hoff voor aen den dorpe tusschen Johan ten Poelhuijs ende Tonnis Meinen behuijsinge gelegen, met het getimmer, so alnoch op de voors. plaetse voor handen is, mits dat die voors. provisoren der cedenten creditoren Johan Coesinck ende Herman Reesinck wegens die summa van hondert ende vijfftigh dlrs sijnde tot aenkooping der gemelter huijsplaetse ende hoff geemplojeert sullen contentieren daer op met handt halm pro ut style Lambert Tra Cornot. Vidi in absentie des heeren Drosten den 9. Junij 1663 Joost ter Vile. Fol. 24 - Martis 9. Junij 1663 - Stadtholder Joost ter Vile Rentmr. Ceurnooten Rotger Poelhuis, Lambert Tra. In de marge : Notetur dat dese Mechtild niet sij erschenen maer op den dato hier gemelt gerechticht volgens hierbij angehechte cedul T. Bronckhorst Landtschrijver. Erschenen Mechtild Haffches Weduwe Willincks geassisteert met Jan ten Bengevoort, die bekande in solutum overgegeven ende opgedragen an die tijtlicke provisoren Johan Weeninck ende Johan van Graes ten profijte van armen tot Wenterswijck seecker huisplaetse ende hoff voor an den dorpe tusschen Johan ten Poelhuis ende Tonnis Meinen behuisinge gelegen met het getimmer soo alnoch op de voorschreven plaets voor handen is, mis dat die voorschreven provisooren der Cedenten Creditooren Johan Coesinck ende Berent Reesinck wegens die summa van hondert ende vijftich dlrs sijnde tot ankoopinge der gemelten huisplaetse ende hoff geemplojeert sullen contenteren daer op met hant halm ende monde vertegen, gelavende den koop te sullen staen wachten ende waeren alles onder verbant haerer Comparanten persoonen, sonder bedroch ende argelist. Bron: Franciska Ruessink (transcriptie), inv.nr. 424 fol. 23, 24 | Family F13067
|
| 361 | 18 juni 1674: Fenneken ten Kreijl wed. Jan Wamelink draagt huis en hof op het Würden, tussen Herman Kunnendijricks en Geert Klumpers op aan Derk ten Nienhuys en Geesken Mensinck. Twintig jaar later is dit zelfde huis in het bezit van zijn zoon Gerrit. | Family F7361
|
| 362 | 18 juni 1740: Acte verleden voor bestuurderen van Bredevoort d.d. 18-6-1740, waarbij Jan ten Bokkel en Hendersken ten Dam, echtelieden, verklaren 5 zonen te hebben waarvan één is overleden. De jongste zoon Roelof, nu 29 jaar, heeft al 12 jaar de ouders in hun affaires geholpen. Zij dragen aan hem nu hun huis te Aalten over. De vier oudste zonen zijn op 16/17-jarige leeftijd naar elders vertrokken en kunnen "hun kost rijkelijk winnen". Met zegel en handtekening van Willem Sigismund Heiking. Bron: Aanbieding antiquariaat A.G. van der Steur d.d. 1-2-2008, http://www.ilab.org/db/book1129_22995.html | Family F8108
|
| 363 | 18 mei 1614: Warner te Bockel X Berentken verklaren door hun swager en suster Gerrit Goslicx X Henrick voldaen te zijn van haar Berentkens vaderlicke en moederlijcke versterf. Verder geven dragen zij hun rechten op het ouderlijk huis in Bredevoort tussen de huizen van Geert Huijsinck en Bernt Gijsen, twee koeweides, een suermaets deell, een kempken en een goorden in de Duijster stege, en de pandschap van Merfelts kamp over aan Gerrit Goslicx X Henrick. Bron: ORA Bvt inv.nr. 387 fol. 21v, 22 15 februari 1616: Erschenen Berntken ten Borninckhave echte huijsfrouw Werners ten Bockel und hefte sich vrijwillich und nae rijpe deliberatie uth hharen angeborenen vrijen standt den huijse Bredevoort hoffhorich vergeven, der hoffrechten gelijck anderen hoffhorige personen tegeneten und misgelden, beholtlicken dat sie oick een onbenoempt kint nae den hoff hiernaest sall geven und die anderen vrij blijven. 10 juli 1624: Warner te Bockel X Berendt hebben 3 daler overgelaten voor een jaerlicx pension an Michell Henrich X Gertruidt Coips. Bron: ORA Bvt inv.nr. 397 fol. 36v Hofboek 14 augustus 1625: Berentken weduwe van Warner te Bockel heeft overgedragen aan haren soon Wessel ten Bockell den hoff thoe Bockel inden kerspel Aelten buerschap Barle gelegen. In de akte wordt nog gesproken over twee andere kinderen, die niet met naam genoemd worden. Bron: RAG: Nassause domeinen inv.nr. 13C: Hofboek Bredevoort 1598-1686 | Family F9569
|
| 364 | 18 mei 1620: Bernt ten Nijenhuijs en huisvr. bekennen ca. 25 à 26 jaar geleden verkoft te hebben aan Johan Romp, Jenneken ter Pelckwick ehel., eene originale rentverschrijvong van 4 enckte jochim dall., jaerlicx op Sanct Martini verschijnende und uth die Berckell kempe verschreven, gedateert ionden jaere 1564, staende mitte somme van 64 jochims dll. te loesen. Item eene originale rentverschrijvong van twie gulden joch. und 2 hornsche gl. renten jaerlix op St. Martini verschijnende, uth Herdinck und Wesselinck verschreven, staende mitte somme van 40 gl. toe loesen. Een en ander als sijn Berndts bestevader Herman und vaeder Dierick ten Nijenhuijs van diee Wel Edle Herman van Eerde thoe Buerse und sijn bader wijlen Arian van Eerde erholden. Die brieve und documenta van het gerichtelicke transport 25 à 26 jaren geleden, als oick die protocolle sijn der tijt bij den gepassierden troebel verbleven; echter sullen Romp en mitbeschreven des niet tegenstaende verseeckert van de verkoop sijn. Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 393, fol. 17v en 18r. | ten Nijenhuijs, Bernt (I2251)
|
| 365 | 18 mei 1636: Erschenen Herman ter Maet und Elssken Gebbinck, wedtwe van zal. .... Locken die bekanden voer sich und haren erven, Nadem sie an und mit (ein) anderen verlovet wahren, om .. kerckenlick proclamation ge... erholden und voorhebbende sich eerster gelegenheit ehelich reputieren und insegenen te laten, und dan sich boven hopenong begeven mogen harer eene voer den anderen sonder lijves erven affsterven wurde, dat sie sich in sulcken vall und Sie Elssken vermitz Leonardt van Elverfelt tot Aelten, haren tot deser saecken erkoren und toegelatenen mombar, bester gestalt rechtens reciproce gedoniert und begifftiget hebben wilden, und begifftigden malckanderen in krafft deses in maten navolgende: Dat imfall Herman vorschreven eerst doodts verscheijden wurde, alssdan Elssken sijn halve patrimonium so hem van sijn zaliger Moeder nagelaten is, dat hem van sijnen Vader anerven und nagelaten werden solle offt mochte, erfflick erholden und genieten solde. Daer averst Sie Elssken ...eerst doodtlick verscheijden worde , alss dan herman haer toekompstige Eheman Vierhondert Carll. gulden ad twintich stuvers t' stuck van haren guede erstlick erholden sulle. Deses in qualiteit vorschreven erfflick gecediert und uthgegaen. Daerop mit hant, halm und monde vertegen, wahrschap und erffvestniss gelaefft nae Landtrechte, Bij veronderpandongh harer gueder respective, Sonder exception und argelist. Bron: RAG, RABvt inv.nr. 409 fol. 24 | Family F11073
|
| 366 | 18 mei 1787: Opdragt v.e. Huis en Wheere in het Dorp Ww. aan de Markt, tussen de huizen van J:L:Mellink en Jan Berend Gosens tsaande en gelegen, door Harmanus Willink wedr. v. Anna Marg. Tieenk aan Jan Derk te Bengevoort en Helen de Pre Ehel: Bron: Das aantekeningen bezit Dorp Winterswijk | Family F6422
|
| 367 | 18 november 1634: Erschenen Geerdt Oissminck Hilleken sijn huijsfrow, die bekanden voer sich und haren erven, voer eene walbetaelte Somma geldes, rechtes steden ewigen und onwedderroeplicken erffkoops avergelaten und verkofft te hebben an Geerdt ter Dunnewijck Stijne Onnekinck eheluijde und hare erven, een stuck groenlandes die Kranengoordens Mate genant, inden kerspell Wenterswick Darpbuerschap, mit eener sijdt an Reessincks Mathe, mitter ander sijdt ant Vossevelt in haer bepaling gelegen, mit eenen ende ande Leemsale(?) mitten anderen oick ant Vossevelt schietende, mit derselven toebehoer und gerechticheit, voer doerslechtich kommerfrij erff und grondt Deses gecediert und uthgegaen. Daerop mit hant, halm und monde vertegen, wahrschap und erffvestniss gelaefft nae Landtrechte, Bij veronderpandung haerer gueder, Sonder exception und argelist. Bron: Henk Ruessink (transcriptie), ORABvt inv.nr. 407 fol. 55 | Family F11521
|
| 368 | 18 oktober 1637: Voer Johan ten Berge und Peter Cloeck Coornoten, sampt Johan Wisselinck, Landtschriver. Erschenen Johan Meinck, Berndt Hiddinck Engele Meinck eheluide, Lubbert ter Koppel Jenneken eheluide und Elssken ter Koppell weduwe van Augustinus Rooss alss semptlicke erffgenahmen van zaliger Henrick Meinck Trine ter Koppel zaliger eheluide, die bekanden voer sich und haren erven, voer eene walbetaelte Summa geldes, rechtes steden ewigen und onwedderroeplicken erffkoops avergelaten und verkofft te hebben ahn Herman und Henrick van Eerde nagelatene Kinder van zaliger Henrick van Eerde Oedilia Hoekelmans zaliger eheluiden, sodane huijss binnen Bredevoort mit eener sijdt naest zaliger Herman van Rijswicks, mitter ander naest Stormbs behuijsinge gelegen, mit eenen ende ande strate, mitten anderen ahn Stormbs kleine huijssken schietende, Item sodanigen Hoff voer Bredevoort und Misterpoorte mit eeners sijdt naest Enneken ter Hoernen, mitter ander naest Lambert Cortz Landerijen gelegen, mit beiden enden ahn Engelen Meincks goorden schietende, aller gestalt zaliger Henrick van Eerden Oedilia Hoekelmans zaliger eheluide, t' selve van haer cedanten broeder und respective Suster gekofft, voor doorschlechtich kummerfrij, Deses gecediert und uthgegaen. Daerop mit hant, halm und monde vertegen, wahrschap und vestnis gelaefft nae Landtrechte, Bij veronderpandongh harer gueder, sonder Exception und argelist. Bron: RAG, ORA Bredevoort inv.nr. 410 fol. 45, 45v | Family F10737
|
| 369 | 18 oktober 1677: Erschenen Albert Schulte van Huppell ende wilde mits deesen gerichtlick ende reelick ingeruijmbt hebben tot voorkominge van kosten aen Werner ten Nijenhuijs, Aelkcken sijn huijsvrouw, in Meddehoe wonende, twie scheepel niew lant van schulten busch gemaeckt, tusschen Schulten buss ende Aelbers landt gelegen, ende met den een eijnde aent Binnenvelt ende met den aenderen eijnde aen die Schulten Mors schietende, waer an reele ende parate distractie, soo mits deesen gecessiert wort, en sulcx kommerfrij en nergens meede beswaert als inde ordinare heeren lasten, mits dat comparant sall vrijen toegelaeten sijn, 't selve lant binnen den tijdt van 6 jaeren a dato deeses met hondert gulden en 8 gulden 10 stuvers rente neffens d'gerichts costen te mogenn redimeren en inlossen. 8 mei 1684: Erschenen Geert Menninck ende huisvrouw Stijnke te Nijenhuis als erfgenaem van haerer vaeder Warner te Nijenhuijs, die bekanden van deze inruijminge voldaen ende betaelt te sijn. Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 138 fol. 166r | Family F6686
|
| 370 | 18 september 1706: Jan Navis en Barbara Huberthi hebben een schuld van f100,- aan Geertje in het Walvoort. Pand o.a. Land op den Rutgherscamp. Aan de Hooghe zijde Jan int Heeghtlandt zo als zij het van hun moeder en schoenmoeder Lubbe Navis geerft hebben. Ongeveer 1/2 moolder gesaeij landts op de Aelter Esch bij t Melatenhuijs notoir gelegen. Bron: Das aantekeningen volontaire protocollen Bredevoort 11 augustus 1712: Jan Navis X Barberina Huberti dragen een stuk bouwland van ongeveer 3 schepel gesaeij op de Rutgerskamp in Lintelo etc. over aan Teunis Navis X Jenneken Groteman. Bron: Das aantekeningen volontaire protocollen oud rechterlijk archief Bredevoort 3 augustus 1717: Jan Navis X Barbarina Huberti hebben van hun dochter Berendeken Navis X Jan Voerman tot Amsterdam, ontvangen 500 Car.Gl. Pand: Huis in Aalten met de hof eragter naast Berent te Heetbrink, alleen belast met 150 Gl ten behoeve van de huisvrouw van Hr. Dr. Hendrik Casper Stumph (24 juni 1710). Bron: Das aantekeningen volontaire protocollen oud rechterlijk archief Bredevoort | Family F2093
|
| 371 | 18 weken oud. | Vonhof, Johanna Geertruid (I34286)
|
| 372 | 1805 - In het jaar achttien honderd en vijf den negen en twintigsten (29) junij is overleden Hendrina Bruggink nalatende man en kinderen. | Bruggink, Hendrina (I2909)
|
| 373 | 1861: Hoitink of HUitink, Jan Willem, oud 36 jaren, metselaar, geboren te Lichtenvoorde, lang 1.545 el, aangezigt ovaal, voorhoofd rond, oogen bruin, neus groot, mond klein, kin rond, haar, wenkbr. en baard bruin. Kleeding: blaauwe kiel, platte pet en hooge schoenen. Houdt zich thans op in Anholt, (Pruissen). Misdrijf: valschheid in onderhandsch geschrift, ter zake waarvan door de arrond. regtbank te Zutphen tegen hem is verleend regtsingang met bevel van gevangenneming. De officier van justitie te Zutphen verzoekt opsporing, aanhouding en opzending. Bron: Algemeen Politieblad 1861 p. 311 | Hoitink, Jan Willem (I46082)
|
| 374 | 19 april 1638: Verkoop door Roloff Hermelinck, Johan Bonen und Berndt Harmelinck, als bestevader und resp. mumbaren van zal. Berndt Bonen naegelatene kinderen Arndt und Willemken, ahn Johan ter Slippe, Willem ehel., und Geerdt ter Hilte, Aelen ehel. van die Slippers stede, inden kerspel Wenterswick, buerschap Medehoe gelegen mit derselven toebehoer und gerechticheit. Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 410, fol. 66v en 67r | Bonen, Arentt (I1499)
|
| 375 | 19 april 1638: Verkoop door Roloff Hermelinck, Johan Bonen und Berndt Harmelinck, als bestevader und resp. mumbaren van zal. Berndt Bonen naegelatene kinderen Arndt und Willemken, ahn Johan ter Slippe, Willem ehel., und Geerdt ter Hilte, Aelen ehel. van die Slippers stede, inden kerspel Wenterswick, buerschap Medehoe gelegen mit derselven toebehoer und gerechticheit. Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 410, fol. 66v en 67r | Family F2097
|
| 376 | 19 april 1695: Geertje Hijink wed. Berent DRommelers geassist. etc. voorts Jacob en Hendrick Boecker naegelaten kinder van voorn. Geertje Hijinck en haer eerst Eh. met Gerrit Boeckers verder nog 2 onmundige kinder nl: Abraham en Willem Beuckers verkopen aan Cornelis Andries Raesvelt X Yda ten Bengevoort dr Drommelersteede in de buijrschap Miste. Bron: Das aantekeningen volontaire protocollen Bredevoort | Hijink, Geertje (I27328)
|
| 377 | 19 december 1670: Geert Heeminck en huysfr. bekennen in pandtschap gedaen te hebben an Berent Rennerdinck en huysfr. een stuck lants, Poelhuis Bree gnt., in den Huppeler Esch gelegen, schietende met een einde an Hijnckkamp, met den andren an Boeinck lant, om 't selve met stroo vrij en sonder eenig beswaer afte trecken. N.B. Op fol. 42 r. dezelfde inschrijving, waarin 'Berent Rennerdinck' is doorgehaald en vervangen door 'Jan ten Bengevoort'. Overigens staat in de kant van deze inschrijving een aantekening d.d. 16-5-1676, volgens welke Ber. Rennerdinck, voor sijn huijsfr. de rato caverende, bekende van dese somma voldaen en betaelt te sijn. Bron: Luiting, RAG: RABvt, inv.nr. 472, fol. 79r 10 december 1674: Geert Heminck x Willemken Boeijinck aen sijn swager Derck Boeijink en Berentje sijn huijsvrouw en Erven. etc. onderpand land onder het Goet Heminck in Huppel. Of het hier om dezelfde persoon gaat, is nog nit bekend. Bron: Das aantekeningen volontaire protocollen Bredevoort | Heeminck, Geert (I4771)
|
| 378 | 19 februari 1698: Verkoop door Geertjen Simmelinck, wed. van wijlen Gerard ter Haerst, neffens haere kinderen ende Frederick ter Haerst, haar in desen gekoorenen mumboir, van aloe haere geheele bouwerie soo van gesaeij, mest en mestrecht, beesten ende paerden, waegen, niet daer van uijtgesonders als haere kiste ende een koeij (deselve kiste ende koeij nae doode van voorn. weduwe sal sterven op haeren soone Joost Simmelinck en huijsvrouw Gertruijd) aen Jan Simmeldinck ende sijn huysvrouw voor de summa van 100 daelder. In de inschrijving volgt verder een regeling over wat de broer Garrit, de suster Nelleken? en de jongste broer Arent krijgen als sij koomen te trouwen. Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 433 | Kempel, Geerdtken (I2731)
|
| 379 | 19 januari 1588: Die junge Koen tho Poelhuis heft bekant opgenomen te hebben van Joist Wemiynck, 445 dall. als hooftsum und bereckende pension, die mherendeell tott rantzionsgelt seins vader angewendt; dartho noch voir empfangene gelt, der bourschap Medeho vertreckt, 222 dall., tezamen soevendehalffhondert doeventien dall. Hij belooft op negstkomende Hymmelfarts dach 1588 tho betalen. Hij verbindt hiervoor sieins erve und guet geheiten Poelhuis inden kerspel Wenterswick, buirschap Medeho gelegen. Junge Koen Poelhuis heft oock gelaeft, dat sein vader Koen tho Poelhuis, tuyschen dit und huiden acht dagen, ingelicken geloften doen soll. Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 58, fol. 12 v en 13 r | tho Poelhuijs, Koene (I20250)
|
| 380 | 19 januari 1654: Erschenen Jr. Adrian van Eerde ten Pleckenpoell die bekande voor sich Juffer Amelia Voss sijner huijsfrouwen daervoor de rato cavierende, und sijnen erven, voor eene welbetaelde Summa geldes, rechtes steden ewigen und onwederroeplicken erffkoops avergelaten und verkofft te hebben ahn Jan Jan Thomas Maria Helmes eheluijden ende haeren erven sodanen bloedigen - schepel und garffthenden als sijn WelEdl. van Sijn Graff. Genaden tott Anholdt lofflicker memorien angekofft, Namentlick, uht Hoetinck, Geerdes goedt, Nijenhuijs, und Hijnck, in Corle gelegen, den garff thenden. Uht Cloosterman Twie schepell Roggen, uht Benninck in Miste Jaerlicx den bloedigen then(den) und een Molder und drie schepell Roggen, uht Berndt Woordes goedt in Miste den bloedigen thenden und een Molder Roggen, uht Hermelinck een schepel Roggen, uht Oinck in Miste Jaerlix den bloedigen thenden und ses schepell Roggen, uht Kolenberch den bloedigen teinden und ses schepel roggen Uht Hoetinck den bloedigen thenden Jaerlix und uht Geerdes goedt den bloedigen thende oock Jaerlix, deses alles in maten voorss. gecediert ende uijtgegaen, daerop mit hant, halm und monde vertegen, wahrschap, verner und beter verschrijvinge und vestnis gelaefft nae Landtrechte, bij veronderpandongh sijner WelEdl. goederen, sonder exception ende argelist. Bron: Henk Ruessink, ORA Bvt inv.nr. 418 fol. 85, 85v Jovis 21. Aprilis 1659 - Stattholder Joost ter Vile, Coernoten Rutger Poelhuijs Evert Craenen Erschenen Jan Thomas Marrie Helmes Eheluijde, die bekanden voor sich ende haeren erven, voor eene walbetaelte Summa geldes, rechtes steden, ewigen ende onwederroeplicken erffkoops avergelaeten ende verkofft te hebben an Gerdt Wiggerinck Elssken sijner huijsfrouwen ende haeren erven, een Kempken, gelegen int Darpbuhr, ongeveer twie schepels saet, met eener sijdt aen des Heeren ende des Koepers landt, mitt der ander aen Kamphuijs grondt gelegen, mitt eenen einde oock aen s'Heeren landt, metten anderen ant Velt gelegen, mitt sijn toebehoer ende gerechtigheijt voor doorslechtigh kummerfrij, Deses erfflick gecediert ende uijtgegaen, Daerop mit hant, halm ende monde vertegen, wahrschap ende vestnis gelaefft nae Landtrechte, bij veronderpandongh haerer verkoperen goederen, Sonder exception ende argelist. Bron: Franciska Ruessink, ORA Bvt inv.nr. 421 fol. 7v 8 juli 1679: Marie Helmes, wed. Jan Thomas, en haar zoon Hend: Thomas, Jan Geerdes als vaeder van 't naegelaten kindt van zal. Agnes Thomas, ende Jan Tonijs getrouwt an Trijntjen Thomas, mede als moeder van haar onmondige kinderen, verklaren een som opgenomen te hebben van 500 rijksdaalders van Johan Schutte X Fenne Smits tegen 5% rente tot betaelonge van Trijntjen Thomas moeders goed. Bron: ORA Bvt inv.nr. 426 fol. 69v, 70 | Family F11183
|
| 381 | 19 januari 1712: Verzoek van Reijnier Klinkert, wonend op "den goeden Klinkers" onder Aalten, om remissie wegens het slaan van een voordochter van zijn vrouw, die kort daarop overleed en ontheffing van het door de Fiscaal gelegde beslag op zijn goederen. Verzoek afgewezen. (Hof 1478, fo. 383-385) Bron: Online landdagrecessen 1712, http://www.geldersarchief.nl | Family F7748
|
| 382 | 19 juli 1675: Berent Tenckinck X Wendele Onnekinck ehbben geld geleend van Joh. Herm. Heilersich. 200 Gl. Holl. Bron: Das aantekeningen volontaire protocollen Bredevoort | Family F5674
|
| 383 | 19 juni 1630: Verkoop door Berndt ten Kolstee, Jenneken ehel., und Henrick ter Kolstee, Aelken ehel, an Derick Berninck, Willem ehel. ter eener, und Herman Schurinck, Gertken ehel. ter ander halfscheidt, van die Kolsteder wohning, alsoe dieselve an huijs und hoff inden kerspel Wenterswick, buerschap Meddehoe naest Boeijinck in sijne bepaling gelegen, mit eenen ende ant Hasenvelt, mitten anderen an Lammerdincks Niers caetenstede schietende, und een kempken, het Hagens kempken gnt., mit eene sijdt anden Boeijnck dijck, mitter ander sijdt ande Wesselinck mathe gelegen, mit eenen ende an Brenge Hermans kamp schietende, alle mit derselven toebehoer und gerechticheit. Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 403 fo. 43 v en 44r en v 6 oktober 1631: Verkoop door die weerdigen und erntvesten heer Libertus van Borcklo, vicarius tot Gronloe, an Herman Schuerinck, Gertken ehel., van twie sijner bloedigen theinden, den eenen uth het erff und goedt Schuerinck, den anderen uth Sybinck, beijde inden kerspel Wenterswick buerschap Meddehoe gelegen, jaerlix op Lamberti verschijnende, mit derselven toebehoer, in aller gestalt sijn E. dieselve vermoge protcols und updracht d.d. 30-11-1626 van Jurrien van der Veltz, Anna de Bentinck ehel., jongf. Theodora Buersen, wedtwe Wulff van der Veltz, und derselven dochter Margreeten vander Veltz erflick erholden. Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 404 fo. 45r en v 31 januari 1633: Verkoop door Henrick Volmer, Loepken Kersenbroecks ehel., an Herman Berninck, Gertken ehel., van haren verkoperen camp ongefehr van 7 schepel geseijs inden kerspel Wenterswick, buerschap Meddehoe, mit eener sijdt naest Schuerinck grondt, mitter ander sijdt an des jr. Ripperda landt gelegen, mit eenen ende ande Haverweijdem jr. Sondach van Munster toestendich, mitten anderen an Schuerincks korte landt schietende mit sijn toebehoer und gerechticheit. Bron: Luiting, RABvt inv.nr. 406, fol. 7v en 8r 6 maart 1634: Verkoop door Herman Berninck, Gerdtken ehel., ahn Henrick Willinck, Lijsbethen ehel., van hare der verkoeperen twie bloedige thenden jaerlicx op Lamberti uth die erven und goederen Sijbinck und Schuirinck inden kerspel Wenterswick buerschap Medehoe gelegen, verschijnende. Bron: Luiting, RABvt inv.nr. 407, fo. 15v 14 december 1643: Verkoop door Gert Harbers, Elsken ehel., an Herman Berninck, Gertken ehel., van een huijs mette een goorden, het Meddeholt off Leemrij genant, inden kerspel Wenterswick buershap Medehoe langs den Schuijrincks busch gelegen, mit dessen toebehoer ende gerechtigheit. Beon: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 413 fol. 83v en 84r 12 december 1644: Verkoop door Herman Berninck, Gertken ehel., ende Joost Wissinck, Elske ehel., an Johan Koesinck, Lijsken ehel., van die Koelstede mit allen getimmer daerop staende, sampt allen daertoe behoerende rechten, gerechtigheit, inden kerspell Wenterswick buerschap Medehoe, mitt eenen ende anden Boenck Busch, mitten anderen an Lammerdincks cavenstede gelegen. Voorbeholden den heere daeruht gewontlicken thins ende denst van brievedragen. Bron: Luiting, RAG: RABvt, inv.nr. 414, fol. 42r. 29 oktober 1655: Geertijen Berninck wed. van zal. Herman Berninck, gewesene gildemeister van die buerschap Medehoe, ten overstaen van haeren soon Jan Schuijrinck, doet met consent vanden heere Richter voorbaeden ende een dagh van rechte leggen tegens toecomenden gerichtsdagh sijnde den 1 November, Berndt Loijkinck ende Harberts Geerds in qualite als Gildemeisteren vande bourschap off Gemeinte van Medehoe, om an dieselve te hebben betaelinge eener somma van 1365 gl. 2 str. ter goeder rekeninge, ende afftreckende bewijslicke betaelinge, herkomende so van verschott voor die voorsr. Buirschap ende Gemeinte van Medehoe gedaen, als oock van belooft jaerlix tractament volgents diverse rekeingen ten daege dienende bijtebrengen, als mede oock den interesse van 't gedaen verschott in gevolgh van voorsr. rekeninge, ende voorts voor die costen ende schaeden mt rechte. Hiervan wort die wette an Berndt Loijkinck ende Harberts Gerdt als gildemeisters daertegens voortenemen als sij q.q. te raede beinden sullen nae behooren. Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 116 fol. 162r en v | Family F5285
|
| 384 | 19 maart 1605: Verkoop door Arnt Hermelinck, Mechteldt ehel., Johan Schuerinck, NAele Hermelinck ehel., Herman Schuerinck, Mette Hermelinck ehel., Roeloff Hanseler, Stijne Hermelinck, ietze op Hermelinck wonhaft, ehel., aan Otten Vrenegoir und Frederick ten Bengefoirth ingesetene des kerspel Vreden, und ihren respective huisfrouwen, van sodane alinge guederen, verlatenschaft, recht unt gerechticheit, als ihnen van ihnen vader Gerdt Hermelinck Mette sijner huijsfr., naegelaten, an den goede Hermelinck inden kerspel Wenterswick buerschap Meddeho, vorth an die Coenen Maete, langs 't Hermelinck Goir, mit einer sijdt an Walfaerts maetgen, item an dat Beiteler Maetken bij de Coenen Maete und den Vaeltrits goirden, mit eine sijdt anden Lochter goorden, mitter ander sijdt ande Vaeltrijth gelegen. Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 67, fol. 29r en v 19 maarti 1605: Erschenen Otto Vrenegoir und Frederick ten Bengefoirth, ingesetenen des kerspels Vreden, mede voor ihren huisfrouwen en mede in nhamen und van wegen Wessels van Kaeckelick(?) und Gehrdt Vehrkincks als semptlicken erfen zal. Johan Vehrkincks, sampt und besonder cavierende. Zij verklaren dat Arndt Hermelinck, Mechteldt ehel., Johan Schuerinck, Naele Hermelinck ehel., Herman Schuerinck, Mette Hermelinck ehel., und Roloff Hanseler, ietso op Hermelinck wohnhaft, Stijne Hermelinck ehel., als eafferlatene kinder und erfgen.n zal. Gerdt Hermelinck, Mette sijner huijsfr., ihnen wegen sodanen 100 dll. hoeftsum sampt daerop verschenen pensionen, als Gehrdt Hermelinck zal. und sijne kinderen van Johan Holsmans, burger toe Vreden, opgenomen, nu endtlick voldaen und betaelt hadden. Johan Roelofs was hiervoor borg en Johan Verkinck warborg. Comparanten beloven nu oick die erfgen.n Hermelincks van alle actien und furderongh, so die erven Johan Holsmans, Johan Roelofs oder jemand anders dieserwegen gehadt oder pretendieren mogte, toe vrijen, bij veronderpandongh o.a. van sijns Otten Vrenegoirs maeten, die Vrenegoirs Maete genant, inden kerspel Wenterswick, buerschap Meddehoe, bij Poilhuiser Ruwe maet gelegen. Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 67, fol. 29v en 30r | Family F1997
|
| 385 | 19 maart 1646: Willem Mollers sohne van Bernt Mollers in Corle verkoopt aan Johan Moller, Geesken sijn aendeel van de Vennemate met een sijdt ant Kolenbarger Vehn metten ander langs Gielinck Mate gelegen. Bron: RAG, RABvt inv.nr. 415, fol. 11v, 12r 10 december 1663: Erscheenen Jan Moller voor sijn huisvrou de rato caverende, die bekande wel ende oprecht gecedeert ende opgedrahgen 't hebben an sijnen Swager Wilhelm Boonen alle sijne Comparanten recht ende gerechticheit soo hem wegens het versterf van sijn Swaeger zal. Wilhelm Mollener van Bredevoortt, in Batavia overleden ende angestorven ende tegenwoordich noch op die Oostindische Compagnie is uitstaende hebbende 't selve met hant ende monde vertegen, belaevende dese cessie te staen, wachten ende waeren nu ende ten eeuwigen dagen met renuntiatie aller beneficien rechtes dese contrarierende onder verbant van Comparant sijn persoon ende goederen, sonder argelist. Bron: Franciska Ruessink (transcriptie), ORA Bvt inv.nr. 424 fol. 57v | Mollers, Willem (I35784)
|
| 386 | 19 maart 1699 artikel 1: De vergaderinge in bedenking genomen hebbende, hoe dat Derk ter Strake met ... [Trouwboek: Berentje Kempel] desen middag eerst in den staat des Huwelijks getreden zijnde niet sonder merkelijke ergernis aan d'gemeinte te geven voor heen eer hun huwelijk voltrokken was, een kind uyt der selver onkuize zamenwoninge buiten den egten staat voor den predykstoel ten doop gepresenteerd hebben oordeeld hierop eenparig dat de voorschreven personen op de aanstaande vergadering die zijn sal heden over 14 dagen moeten ontboden worden om dan nadat haar dat quaad is voor ogen gesteld, na bevind van saken met deselve te handelen. Bron: Das aantekeningen kerkeraadsnotulen Hervormde gemeente Winterswijk | Family F126
|
| 387 | 19 maart 1701: Hendrik Meijerink x Berndeken Liesink hebben 550 gl. ontvangen van Lubbert Hesselink en Jenneken. Onderpand: haere gerechte erffenisse soo van landerijen als anders als Haer van het goet Mensinck soo Derck Connincks bouwt, etc. Bron: Das aantekeningen volontaire protocollen Bredevoort | Family F365
|
| 388 | 19 mei 1637: Erschenen Henrick Volmer die bekande voer sich Loepken Kerssenbroecks sijner huijsfrouwen, daervoer de rato cavierende, und hare erven, voer eene walbetaelte Summa geldes avergelaten und verkofft te hebben ahn Andries Poelhuis Deloff Wiltinck eheluijden, und ahn Derisken Rumps, weduwe van zal. Gerrit Poelhuis und haren semptlicken erven Iederen ter halffscheidt, sijn sampt mitbeschreven andeell quote, recht und gerechticheit van de pandtschap an die Sibinck Mate, Voort den thienden deell vande Pandtschap ende belagte penningen ahn Deterinck, Camphues und andere parcelen die in sulcker qualiteit vande van Munster dependeren, daervan den Cedenti noch een Thijnden deell egendomblick toekompt, Deses gecediert und uthgegaen. Daerop mit hant und monde vertegen, wahrschap, verner und beter verschrijvongh und vestniss gelaefft nae Landtrechte, Bij veronderpandongh harer gueder, sonder Exception und argelist Erschenen Henrick Volmer die bekande voer sich Loepken Kerssenbroecks sijner huijsfrouwen, daervoer de rato cavierende, und bekande datt Andries Poelhuis und Derissken Rumps Weduwe van zaliger Gerrit Poelhuis als gewesene Voermunders van zaligen Johan und Frans Poelhuis gemelter sijner huijsfrouwen Voerkinder, vanwegen hare bedienonge und administratie van Voermunderschap, oprichtige rekenongh unnd reliqua gedaen, dieselve vermitz desen quitierende ende der administration halven bedanckende, sonder Exception und argelist. Erschenen Andries Poelhuis Deloff Wiltinck eheluide und Derissken Rumps weduwe van zaliger Gerrit Poelhuis, geassistiert met Werner Rump haren Vader unnd hiertoe erkorenen Mumbar, unnd bekanden van wegen seker Pandtverschrijvongh in dato den 31. Maij 1612 und 15. Julij 1616 Gerichtelick bestedigt, uth die behuijsongh und enige annexen van zalige Johan Boenck Floerken Floris Eheluiden, binnen Wenterschwick in verner bepalongh gelegen, sampt uth hett halve Erff und guedt Klapschechtinck, inden Ampte van Bocholt Kerspell van Rhe, Buhrschap Verdinckholt gelegen, gevestet ter halffscheidt, so voell hett huijs und toebehoer anbelangt, Mitt vijff und Negentich Volwertige Rosenobels, voldaen und betaelt te sijn, Quitierende daerop Krafft deses, Sunder Exception und argelist. Bron: RAG RABvt inv.nr. 410 fol. 29v-30v | Family F10730
|
| 389 | 19 mei 1668: Hendrick Bernts ende Gerrijt Luckes als momber, bekennen dat in dato 28-9-1658 Stijntien Craenen (Hend. Berents moeder) mette Jan Jonge Jans haer momber, had verkocht an zal. Evert Craenen, Agnes Sijbinck ehell., het gerechte vierde part van den Steencamp in den Schulten Esch gelegen, ende een parceel goorden landts den Schoppengaerden geheeten, waervan alsoo bess dato noch geen opdragt gedaen was; omdat zal. Evert Craenen is coemen t'overlijden zijn voorn. parcelen in deylonge met zal. Evert Craenen kinderen desselfs weduwe toegevallen. Comparanten hebben in haere qualiteit die voorss. parcelen an Agnes Sybinck, tegenwoirdigh hertrouwt an Jan Gerritsen Meijs, gecedyrt ende opgedragen. Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 470 fol. 38r | Craenen, Stijntien (I25940)
|
| 390 | 19 mei 1681: Hunderts in Winterswijk wegen dessen mutter Versterb; die fraw vraagt om uitstel. Bron: Kwartierstaat Greidanus-Jaeger in stamreeksen, Archief Wasserburg Anholt Rep. 64, nr. 27, f. 69 | Wenninck, Aelken (I10131)
|
| 391 | 19 mei 1713: Jan Mennink x Wijgmoet hebben schuld aan hun Goet Heer Jan Gevers 700 Gl. David Wijgink 115 Gl. Jan Lemkamp en vrouw heeft de schuld voldaan, en boedel wordt aan hem verkocht. Peerden, beesten, verkens, kisten en kasten, linnen en wullen bedden en bulster, wagen en ploeg, voorts gesaeij, mest en mestregt, niets van allen uytgesonderd, om daer mede te schalten en walten als haar Eijgen, etc. Waarschijnlijk is hier sprake van een failliete boedel, waarbij de inboedel verkocht wordt om de schulden te voldoen. 21 december 1713: Wed. Volmer mede als boedelhouderse van wijlen Willem Volmer. verkoopt an Jan Leemkamp land, 2 molder gesaeij, gnt. Leemkampskamp, Dorpboer, Winterswijk. Bron: Das aantekeningen volontaire protocollen Bredevoort | Family F281
|
| 392 | 19 mei 1718: Opdragt van een stuck lants den geheelen Romps Camps genoemt, door Wessel Schepers, soon van wijlen Jan Schepers aen Geert Kempers, soon van Gosselinck Kempers. Bron: Gelders archief, ORA Bredevoort inv.nr. 416 (repertorium Winterswijk 1630-1811), fol. 616v Geertruit is later hertrouwd met Frederik Klanderman, zoon van Berent Klanderman en Jenneken Damkot. Zij gingen op 18 oktober 1738 in ondertrouw en kregen twee dochters. Zie kwartiernr. 374 x 375. Ze is op Kempers in het Woold blijven wonen. Bron: Das Lib.Gifte Woold rot 1, nr. 32 | Family F168
|
| 393 | 19 mei 1718: Opdragt van een stuck lants den geheelen Romps Camps genoemt, door Wessel Schepers, soon van wijlen Jan Schepers aen Geert Kempers, soon van Gosselinck Kempers. Bron: Gelders archief, ORA Bredevoort inv.nr. 416 (repertorium Winterswijk 1630-1811), fol. 616v | Schepers, Wessel (I1039)
|
| 394 | 19 mei 1800: Opdragt van een huis, schuure en where met daaragter liggende hoff, staande en geleegen binnen de stede Bredevoort, naast de Kerk van Vooren aan de gemeene straat, en met de andere zijde en van agteren naast den Hof en het Huis den Barnsveld genaamd, met een in de keuken van dat huis staande glaze kast voorts nog een bij dat huis gehorende kerkbank in de kerk van Bredevoort door A.G. Gunningh qq. G. Loeff en Vrouwe Johanna Willinck ehell: aan Jan Barend Swijtink en Anna Catharina Harmsen ehel. Bron: ORA Bredevoort inv.nr. 463 fol. 163 | Family F7813
|
| 395 | 19 november 1641: Erschenen Jan ter Helle Fenne ten Santberge eheluide, die bekanden voor sich und haren erven voor eene walbetaelte summa geldes rechtes steden ewigen und onwedderroeplicken erffkoops avergelaten und verkofft te hebben ahn haren broeder Adrian ter Helle Anneken Lochemers eheluiden und haren erven haer alinge anpart recht und gerechtigheit harer olderlicken behuijsongh und Hoff binnen Wenterschwick, mit eener sijdt langs Herman Smits huijss, mitter ander langs Hamakers huijss gelegen, voor ande strate, achter an Herman Smits hoff schietende, voor doorschlechtich kummerfrij. Deses gecediert und uhtgegaen. Daerop mit hant, halm und monde vertegen, wahrschap verner und beter verschrijvongh und vestnis gelaefft nae Landtrechte, Bij veronderpandongh harer goederen. Sonder exception und argelist. Bron: Henk Ruessink (transcriptie), ORA Bvt inv.nr. 412 fol. 52, 52v | Family F11592
|
| 396 | 19 november 1715: Hr. Reinier Jurjen Baron van Coeverden etc. Majoor etc. en Baronesse Cornelia ... de Gennes de Flin Douariere van Coeverden als getugtigden in de Coeverden Walvaerder Thynden dragen deze over aan Gerrit Alberink, Lubbert Wijberdink, Wander Wijberdink, Gerrit Dulmers, Henderck Bennink, Lambert Hoffste en Abram Haaffkens. Brinkheurne uijt het Goedt Hoijtinck den Garff en Bloedige thynd etc. Wassinck, Bennink, Wijberdink, Hoornink, SIjverdink, Oenck Hoffste en Dulmes etc. Bron: Das aantekeningen volontaire protocollen Bredevoort | Family F1194
|
| 397 | 19 oktober 1335: Helena, Pröpstin, und das Kapitel des Stifts Vreden verpachten ihre Güter Boygync im Kspl. Wynterswic dem Gerardo, Sohn des + Alberti dicti de Hengestlo, und der Beken, Tochter des + Johannes dicti Bodikere, Eheleuten, auf Lebenszeit unter denselben (wörtlich) Bedingungen wie in 1336 Oct. 19. Bron: Dr. L. Schmitz: Urkunden des fürstlich Salm-Salm'schen Archives in Anholt, Münster 1902 | Family F14515
|
| 398 | 19 oktober 1640: Erschenen Johan Drommelaer Jenneken Bouwers eheluide, die bekanden voor sich und haren erven, datt haer respective swager und broeder Willem Bouwers Ihnnen wegen die Bouwersstede Inden Kerspell Wenterschwick Buerschap Miste int Suijtbroeck bij Reeckmans stede gelegen, niet daervan uhtgesondert, voorts van alles wes Ihnnen enichsins van Vaders ende Moeders wegen toestendich gewesen, vollenkomentlick und te dancke verrichtet und betaelt hedde, bedanckte sich derselver goeder vollenkomener betalongh, quitierende daerop hiermit und in krafft deses. Alles sonder exception und argelist. Bron: Henk Ruessink (transcriptie), ORA Bvt inv.nr. 411 fol. 90v, 91 | Family F4552
|
| 399 | 19 oktober 1649: Derick Grievinck, Stijnken Kortes verkopen aan haren respectieve vader und moeije off stieffmoeder Lambert Kortes, Mechtelt eheluijden een stuk bouwland van omtrent een halff moldersaet groot, opte Langeweijde, hun als moderlijk erffdeel aangeerfd. Bron: RAG: ORA Bredevoort, inv.nr. 416 | Family F8469
|
| 400 | 19 september 1778: Jannes Vaags, weduwnaar van Aleida Berendina Arentsen, legt over staat en inventaris van de boedel die hij met zijn ehevrouw heeft bezeten. Tot voogden over zijn twee minderjarige kinderen Alida- en Barta Willemina Vaags worden aangesteld Berend ten Dam en Bernardus Arentsen. In het magescheid d.d. 13-8-1778 is o.m. geregeld dat de minderjarige kinderen zullen behouden de ongerede goederen door wijlen hun moeder aangebracht, waaronder een zak- en bloed-thiende uit het goed Bruggers onder Winterswijk. Bron: Luiting, regesten ORA Bredevoort betreffende Meddo, inv.nr. 543 fol. 288v-290r | Family F10886
|