Geesjen Meijnen

Geesjen — Jan Hendrik Becker. [Group Sheet]

Other Events:

• : wever, komt voor op de tweede Gildelijst van het weversgilde te Winterswijk

Jan — Jenneken Lantink. Jenneken (daughter of Adam Lantink) was christened 29 Jul 1655, Winterswijk. [Group Sheet]

Notes:

25 april 1731:
Tugtmakinge waerbij Jan Meijnen aen sijn dogter Gertruit maekt de tugt van sijn huis in de Meddehose strate, gelegen tussen Hendrik Derks en Jan Hendrik Bloemers huysen, voorts aen een stuk boulants off kamp aen den Pas, naest Wijginks landerien gelegen.

Das aantekeningen Volontaire protocollen Bredevoort

Notes:

In het rekeningenboek van de diaconie te Winterswijk staat de naam van Tonnis regelmatig genoemd.

Ein hantschrift sprekende op Tonis Meinen van 25 Dall war van de eerste Rente zal verschenen sijn op Januarij als men schrijft 1661.

Teunis heeft in 1665 geld geleend van de Diaconie te Winterswijk. Hierover moet hij regelmatig rente en aflossingen betalen. Deze schuld is na 1695 afgelost. Hij woont in 1688 in het Dorp Winterswijk en moet 15 stuiver verpondingsbelasting betalen.

Tonnis — Geesken Veltcamp. [Group Sheet]

Notes:

Tonnis Meinen trouwt met Geesken Veltcamp in 1646. Ik heb aangenomen dat zij ook de moeder is van zijn kinderen die voorkomen in het doopboek.

Notes:

Martis 3. Octobris 1654 - Stattholder Joost ter Vile Coernoten Peter Cloeck, Willem Hertlieff
Erschenen Tonnis Meijnen die bekande voor sich Geessken sijner huijsfrouwen daervoor de rato cavierende, und sijnen erven, voor eene welontfange(ne) Summa geldes ondergemelt rechter Jaerlixer pension avergelaten und verkofft te hebben an Johan Hardes Henrica Rumps eheluijden ende haeren erven, Sess dall, den dall ad dertich str. den str. tott vijfftijn placken gerekent Jaerlix op Michaelis und op Michaelis 1655 eerst toe verschijnen, stellende daervoor t'onderpande sijnen goorden voort Dorp Wentersswick naest Henrick Willincks goorden ende Herman Laerberchs Maedeken gelegen, voorts alle sijne gereide ende ongereide goederen, om sich daeran gemelter pension, sampt hoofftsum, hinder kosten ende schaden mit pendongh nae Landtrechte te verhaelen., die Loesse een Vierendeell Jaers te voren te verkundigen voorbeholden und demnae op Michaelis viertijn daegen daernae onverhaelt mitte Summa van hondert dall obgemelter geweerden, toe loesen , alles bij pone van peindinge als vorss., Sonder exception en argelist.
Bron: RAG, RABvt(0136) inv.nr. 418, f. 106v

22 februari 1655:
Tonnis Meijnen, Geesken sijn huijsfr. bekande verkofft te hebben ahn Gerhardus Henrici schoolmeister tott Wenterswick Elsken Oldensall eheluijde, vijff dall: en een oort jaerlix op Petri, en op Petri 1656 eerst toe verschijnen. Onderpand al zijn goederen, in bijzonder de Meijnen goorden, mitt eene sijdt langs Henrick Willincx goorden, mitten ander ande Medehoesche strate, mitten anderen ande beeke schietende.
Bron: Gelders Archief, ORA Bredevoort (toegang 0136) inv.nr. 419 (volontaire protocollen 1655-1656), f. 6v

22 februari 1655:
Jurrien ten Veltkamp, Griete Golden eheluiden, bekende voor een jaerlixer pension avergalten und verkofft te hebben an sijnen swager Tonnis Meijnen Geesken eheluiden, vier gulden jaerlix op Petri, en op Petri 1656 eest toe verschijnen, stellende daervoor t'onderpande sijn recht en gerechtigheijt van sijn vaeders naelatenschap.
Bron: Gelders Archief, ORA Bredevoort (toegang 0136) inv.nr. 419 (volontaire protocollen 1655-1656), f. 7

15 augustus 1656:
Erschenen Lambert ten Caete voor sich, ende als Volmachtiger sijner huijsfrouwen Berntijen Meijnen, daervan genoechsame Volmacht voor Heren Richter ende Schepenen der Stadt Zutphen in dato den 14. deses onder gemelte Hr. Richters Segell ende des Secretarij Joost Cremers handt voorbrachte, die bekande in qualiteit voorss. voor sich sijner huijsfrouwen ende erven, voor eene welbetaelde Summa geldes, rechtes steden ewigen ende onwederroeplicken erffkoops avergelaten ende verkofft te hebben an sijnen Swaeger ende Swaegerinnen Tonnis Meijnen Geessken ten Veldtkamp eheluijden ende haeren erven, een hoff offte gaerden voor Wenterschwick t'eindens vande Medehoesche Strate, mit eener sijdt naest Eppenhoffs gaerden, mit den ander an Henrick Willinx goorden naest Herman Laerbergs weijdeken, mit eenen ende ande Beke, in vorder bepalingen schietende, Item een stuckessken Landes voor Wenterschwick opte Osterwoort ongefehr een schepel geseij, tussen Blesius Volmers landt gelegen, mit eenen einde an Samberges weijde, mitten anderen einde ande gemeine stege schietende, voor doorschlechtich kummerfrij, uijtgesondert die tijnde garve totte Voogdije tott Wensterschwick gehoerende, alles mit derselven toebehoer ende gerechtigheit, deses gecediert ende uijtgegaen, daerop mit hant, halm ende monde vertegen, wahrschap,verner ende beter verschrijvongh ende vestnis gelaefft nae Landtrechte, bij veronderpandongh sijner goederen, hoe off waer dieselve gelegen, sonder exception ende argelist.
Bron: RAG, RABvt inv.nr. 419 fol. 73

16 juni 1659:
Henrick Doeinck X Temmele ten Veltkamp, Tonnis Meijnen X Geesken ten Veltkamp verkopen aan Willem Wahliens X Mechtelt Willinck haar verkoperen behuijsinge in Winterswijk zoals hun van Henrick ten Veltkamp aangeerft, in de Meddosestraat tussen de huizen van Rutger Poelhuijs en Willem T'Jeinck.
Bron: ORA Bvt inv.nr. 421 fol. 12

29-11-1660:
Erschenen Tonnis Meijnen, en bekande off wel Dr. Smits cessie gedaen, datt hij nochtans wegens de cooppenninck is schuldigh verbleven, ses gulden en ses str. en daerbeneffens een stuck pellen te maecken, offte daervoor vijff Rijxdlr. tott heur van glt. Dr. Smits sonder bedroch offte argelist.
RABvt vol.prot inv.nr. 421 f 67v

11 februari 1664:
Tonnis Meijnen en huijsvrouw Geesken bekennen schuldich te sijn an Jan Giessinck 100 Dlr., stellende tot onderpand seeker stuck landt gelegen op 't Hilligen Loe, met eenen eijnde ant Veldt ende d'anderen einde an Henrick Doeincks landt schietende en comparant toebehoorende en in plaetse van renthe jaerlijckx die darde garve met het stroo te trecken.

Geregistreerd op 15 november 1697. Op 15 mei 1707 bekent Wander Bovelt als erfgenaem van Jan Geesinck voor de meede erfgenaemen de rato caverende, van deese obligatie voldaen en betaelt te zijn.
Bron: Luiting, RAG: RABvt inv.nr. 425 fol. 8r

Other Events:

• : wever, komt voor op de tweede lijst van Gildeleden van het Winterswijkse Weversgilde

Notes:

Adam is op 22 januari 1682 25 daelder schuldig, half aan de provisorie, half aan de Diaconie te Winterswijk. Hierover moet hij vanaf 1684 5 procent rente betalen. De schuld is op 26 mei 1701 afgelost.

In 1688 woont Adam in het Dorp Winterswijk.

Hij komt voor op de ledenlijst van het Winterswijkse weversgilde.
Bron: Streekarchief Doetinchem, archief weversgilde Winterswijk, Gildeboek (inv.nr. 3), fol. 6